christelijke datingsite en community

Wak

Column door , , Reacties: 0, Nederlands
Gewijzigd op: 30-10-2008 08:51+01:00
Als de geur van de winter komt, dan komt ook de gedachte. Het is kouder aan het worden en ik denk aan jou. Jij met je botte schaatsen. Jij die ik rondjes liet draaien alsof elk rondje telde voor dagen dat ik geluk zou kennen.

Terwijl ik stroopwafels bij mijn moeder uit de kast aan het stelen was, ging jij alvast vooruit. Wankelend liep je op je roze schaatsen naar de sloot. Je handen stak je vooruit alsof dat zorgde voor extra balans. Misschien was dat ook wel zo.

Het gras was voor ons een hindernis. Hondenpoep, bevroren plassen en drassige aarde maakten het moeilijk om de slootkant te bereiken. Ook die dag moest het een hindernis zijn geweest. Misschien kwam jij met je ijzers in een vers gedraaide drol. Misschien ook niet. Soms deden we dat expres, in hondendrollen stappen. Op het ijs liet je dan sporen na. We waren de Hans en Grietje van de wintersport.

Ik kwam misschien tien minuten nadat je geroepen had. De zeven stroopwafels zaten goed verstopt in de zak van mijn trainingsjack. Mijn eeuwige trainingsjack. Ik had hem altijd aan; zomer, lente en dus ook de winter. Er stond een Nike teken op. Ik geloofde toen nog dat het merk Nike mij zou redden.

Ik moest nog plassen en dan zou ik ook richting sloot wiebelen. En dat plassen was nog knap lastig. Het was koud en ik had nog maar een hand over omdat mijn andere hand een aangevreten stroopwafel vasthield. Gulzigheid nam al vroeg bezit van mij. In mijn mond hield ik een stuk wc-papier. Ik wankelde op mijn ijshockey schaatsen. Je riep nog een keer, maar nu was het al minder hard. Alsof het al goed was en je al andere buurtgenoten had gevonden.

Ik pakte het wc-papier uit mijn mond en druppelde per ongeluk op mijn schaatsen. Ik veegde wel goed af. Mijn oom vertelde dat. Dat je goed moest afvegen, zeker in de winter want bevriezing lag op de loer. Ik ontweek de drollen op weg naar jou. Ik zou je drie stroopwafels geven, dan had ik er zelf nog vier.

Maar ik zag je nergens. Terwijl ik aan de waterkant zat om mijn schaatsen strakker dicht te klikken, zag ik opeens een deel van jou. Je zwaaide nog twee keer hulpeloos met je linkerhand en toen verdween je.

Je blonde haren zakten langzaam naar de bodem, geloof ik. Ik kan dat laatste ook verzonnen hebben. In die tijd verzon ik nogal veel. Toen ik de buurvrouw waarschuwde, geloofde ze mij niet. Tot ik heel hard ging huilen, toen wilde ze wel komen. Ze ontweek de drollen niet. Ze raakte er twee frontaal. Ik heb toen nog hard gelachen. Dat heb ik niet verzonnen. Ik weet nog dat ik onpasselijk werd van mijn idiote gedrag. Want terwijl jij, koningin op de schaats, aan het verdrinken of bevriezen was, lachte ik alsof ik op een kermis een beer gewonnen had.

Op jouw begrafenis hing ik mijn schaatsen om mijn nek. Niemand waardeerde het en je moeder siste dat ik een sadist was. Maar wij weten beter. Wij waren de koning en koningin van het slootje aan de Copernicusweg.
Log in om te reageren.
LEES OOK
Zegeltjes Plakken Marvel ©
Zegeltjes Plakken
Kindertekeningen Helene ©
Kindertekeningen
The Attack Of The Tone unknown ©
The Attack Of The Tone