Hij neemt haar regelmatig mee naar buiten tijdens lunchtijd. Ze vertelt dan enthousiast over een klant of collega en blijft onderweg af en toe staan voor een etalage. Soms wijst ze wat aan en vraagt zijn commentaar of voorziet het straatbeeld van haar visie. Hij loopt dan vlak naast haar. Af en toe strijkt zijn hand langs die van haar. Ze lijkt het niet te merken.
Hij vertelt zijn vrouw over haar. Hij kan niet anders. Zijn vrouw schrikt. Wil weten wat hij heeft gedaan. Niets. Hij heeft niets gedaan. Alleen gewandeld in lunchtijd.
Hij kan wel schreeuwen. Al maanden danst haar beeld door zijn hoofd. Hoe ze door de stad loopt. Pratend met collega’s. Ontspannen bij een etentje en schaterlachend om een gekke situatie. De manier waarop ze soms haast onmerkbaar de situatie bestudeert, analyseert en opeens zakelijk knopen doorhakt. Het lukt hem niet de beelden te verdrijven.
Op een dag besluit hij zijn geheim met haar te delen. Tijdens een van de lunchwandelingen pakt hij haar hand en drukt er een kus op. Ze kijkt hem aan en glimlacht. Dan verstilt ze. Ze trekt haar hand los en neemt afstand.
Hij praat weer met zijn vrouw. Hij heeft toegegeven aan zijn liefde voor een ander. Beloftes verbroken. Vertrouwen beschaamd. Hij vertrekt.
Bij een volgende wandeling vertelt hij haar over zijn vertrek, zijn vrouw. Op haar gezicht wisselen de emoties elkaar af. Ze wil niets kapot maken. Ze wil niet de vriendin zijn van de echtgenoot van zijn vrouw.
Hij staat er dus alleen voor. Tot hij zijn zaken op orde heeft en weet wat hij wil. Haar trots staat haar goed. Ze draait zich om en loopt van hem weg. Laat hem achter in de kou. Hij glimlacht. De manier waarop zij hem aankeek, de intensiteit. Ze houdt van hem. Dat weet hij zeker.
Wanneer hij de rest van zijn spullen komt halen eist zijn vrouw een verklaring. Hij doet er het zwijgen toe. Zijn zwijgzaamheid doet haar huilen van frustratie. Ze loopt hem achterna door het huis en schreeuwt terwijl hij zijn spulletjes bij elkaar verzamelt. Ze wil weten wat hem bezielt. Hij kan het haar niet uitleggen. Er is geen rechtvaardiging voor haar verdriet.
Als hij de deur achter zich dichttrekt beseft hij dat zijn vertrek definitief is. Er is geen weg terug. De dingen worden nooit meer zoals ze waren. En niets garandeert hem dat hij in de toekomst niet verlangend terug zal denken aan de periode die hij met het sluiten van de deur heeft afgesloten…
Hij vertelt zijn vrouw over haar. Hij kan niet anders. Zijn vrouw schrikt. Wil weten wat hij heeft gedaan. Niets. Hij heeft niets gedaan. Alleen gewandeld in lunchtijd.
Hij kan wel schreeuwen. Al maanden danst haar beeld door zijn hoofd. Hoe ze door de stad loopt. Pratend met collega’s. Ontspannen bij een etentje en schaterlachend om een gekke situatie. De manier waarop ze soms haast onmerkbaar de situatie bestudeert, analyseert en opeens zakelijk knopen doorhakt. Het lukt hem niet de beelden te verdrijven.
Op een dag besluit hij zijn geheim met haar te delen. Tijdens een van de lunchwandelingen pakt hij haar hand en drukt er een kus op. Ze kijkt hem aan en glimlacht. Dan verstilt ze. Ze trekt haar hand los en neemt afstand.
Hij praat weer met zijn vrouw. Hij heeft toegegeven aan zijn liefde voor een ander. Beloftes verbroken. Vertrouwen beschaamd. Hij vertrekt.
Bij een volgende wandeling vertelt hij haar over zijn vertrek, zijn vrouw. Op haar gezicht wisselen de emoties elkaar af. Ze wil niets kapot maken. Ze wil niet de vriendin zijn van de echtgenoot van zijn vrouw.
Hij staat er dus alleen voor. Tot hij zijn zaken op orde heeft en weet wat hij wil. Haar trots staat haar goed. Ze draait zich om en loopt van hem weg. Laat hem achter in de kou. Hij glimlacht. De manier waarop zij hem aankeek, de intensiteit. Ze houdt van hem. Dat weet hij zeker.
Wanneer hij de rest van zijn spullen komt halen eist zijn vrouw een verklaring. Hij doet er het zwijgen toe. Zijn zwijgzaamheid doet haar huilen van frustratie. Ze loopt hem achterna door het huis en schreeuwt terwijl hij zijn spulletjes bij elkaar verzamelt. Ze wil weten wat hem bezielt. Hij kan het haar niet uitleggen. Er is geen rechtvaardiging voor haar verdriet.
Als hij de deur achter zich dichttrekt beseft hij dat zijn vertrek definitief is. Er is geen weg terug. De dingen worden nooit meer zoals ze waren. En niets garandeert hem dat hij in de toekomst niet verlangend terug zal denken aan de periode die hij met het sluiten van de deur heeft afgesloten…
Log in om te reageren.