Je schenkt nog een glas rosé in. Ik vind dat je teveel drinkt. Echt recht van spreken heb ik niet. De laatste dag dat ik geen druppel alcohol heb gedronken kan ik me niet meer herinneren. Het zal ergens in het begin van mijn studententijd zijn geweest. Toen ik cola nog lekkerder vond dan bier.
Ik zie je lippen bewegen. Hoor woorden. Geen zinnen. Meestal is dat wel voldoende om te weten waar je het over hebt. Dat je ergens een leuk jurkje hebt gezien. Maar die vriendin van je, die ik nog nooit heb ontmoet en waar je constant de naam van noemt die ik niet kan of wil onthouden, weet altijd hetzelfde net een dag eerder te kopen. Ik dwaal af in gedachten. Waarom noem je het eigenlijk een vriendin van je? Het verklaart wel waarom je halve inloopkast bestaat uit kleding die je nooit draagt.
Vriendinnetje. Dat was jij ooit ook. Je haar dat glom als gepoetst koper in de zon. Tijden kon ik naar je kijken zonder iets te zeggen. Hielden we elkaars hand vast. Miste ik je al als je over de drempel stapte. Praten we over films. Lieten we elkaar onze favoriete nummers horen. Dat meisje is verzwolgen door een partner. Je haar is dof in de oranje gloed van de sfeerverlichting in dit restaurant dat ik al te vaak heb gezien.
De kaart kan ik zo opnoemen. Vooraf champignons in kruidenboter, mosterdsoep, garnalencocktail of stokbrood met een tapenade. Daarna iets met aardappelpartjes en een kwakje dat op groente moet lijken. En daarop altijd het hoofdgerecht. Of dat nou entrecote, biefstuk, varkenshaas of zalm is. Dan lijkt het meer. Ik proef het verschil al niet meer tussen de zalm en de biefstuk. Een blik op m’n bord kan me als enige het onderscheid vertellen.
Vriendinnetje was goed. Vriendinnetje was sexy. Vriendinnetje was onverwachts om middernacht de sneeuw in rennen. Vriendinnetje was boos naar andere jongens kijken die je teveel aandacht gaven. Partner niet. Partner is alles volgens vaste patronen. Zekerheden inbouwen. Geen verrassingen meer. Partner is wanhopig rondkijken naar lotgenoten.
Terug in mijn eigen wereld vraag ik me af waar die behoefte vandaan is gekomen. Vaste stramienen hebben zo hun voordelen, maar het maakt het leven ook ondragelijk saai, en voorspelbaar. Toch kiest het merendeel van de samenleving ervoor. Ongeacht geslacht of geaardheid. En is een ander groot deel op zoek naar een partner. Ik ook. Je werd mijn vriendinnetje. We wilden oud worden. We waren gelukkig. En toen sloop het partnerschap binnen.
Vriendin naar partner gaat vrij simpel. De terugweg lijkt echter afgesloten. In een ander leven had ik het bij een vriendinnetje gelaten…
Ik zie je lippen bewegen. Hoor woorden. Geen zinnen. Meestal is dat wel voldoende om te weten waar je het over hebt. Dat je ergens een leuk jurkje hebt gezien. Maar die vriendin van je, die ik nog nooit heb ontmoet en waar je constant de naam van noemt die ik niet kan of wil onthouden, weet altijd hetzelfde net een dag eerder te kopen. Ik dwaal af in gedachten. Waarom noem je het eigenlijk een vriendin van je? Het verklaart wel waarom je halve inloopkast bestaat uit kleding die je nooit draagt.
Vriendinnetje. Dat was jij ooit ook. Je haar dat glom als gepoetst koper in de zon. Tijden kon ik naar je kijken zonder iets te zeggen. Hielden we elkaars hand vast. Miste ik je al als je over de drempel stapte. Praten we over films. Lieten we elkaar onze favoriete nummers horen. Dat meisje is verzwolgen door een partner. Je haar is dof in de oranje gloed van de sfeerverlichting in dit restaurant dat ik al te vaak heb gezien.
De kaart kan ik zo opnoemen. Vooraf champignons in kruidenboter, mosterdsoep, garnalencocktail of stokbrood met een tapenade. Daarna iets met aardappelpartjes en een kwakje dat op groente moet lijken. En daarop altijd het hoofdgerecht. Of dat nou entrecote, biefstuk, varkenshaas of zalm is. Dan lijkt het meer. Ik proef het verschil al niet meer tussen de zalm en de biefstuk. Een blik op m’n bord kan me als enige het onderscheid vertellen.
Vriendinnetje was goed. Vriendinnetje was sexy. Vriendinnetje was onverwachts om middernacht de sneeuw in rennen. Vriendinnetje was boos naar andere jongens kijken die je teveel aandacht gaven. Partner niet. Partner is alles volgens vaste patronen. Zekerheden inbouwen. Geen verrassingen meer. Partner is wanhopig rondkijken naar lotgenoten.
Terug in mijn eigen wereld vraag ik me af waar die behoefte vandaan is gekomen. Vaste stramienen hebben zo hun voordelen, maar het maakt het leven ook ondragelijk saai, en voorspelbaar. Toch kiest het merendeel van de samenleving ervoor. Ongeacht geslacht of geaardheid. En is een ander groot deel op zoek naar een partner. Ik ook. Je werd mijn vriendinnetje. We wilden oud worden. We waren gelukkig. En toen sloop het partnerschap binnen.
Vriendin naar partner gaat vrij simpel. De terugweg lijkt echter afgesloten. In een ander leven had ik het bij een vriendinnetje gelaten…
Log in om te reageren.