De miezerregen zorgt ervoor dat het pretpark een grauwe, deprimerende uitstraling krijgt. Het valt opeens op dat de bakjes van de draaispin afgebladderd zijn. De borden bij de ijskraam zien er al helemaal niet uit. De draaimolenstoeltjes hangen druipend aan verroeste kettingen en de karretjes van de achtbaan staan niet op de rails. Ergens naast een pad liggen grote, geelgeverfde stalen palen; het begin van een nieuwe attractie. Het is wintersluiting en er is geen sterveling te bekennen.
Normaal gesproken ben ik gek op pretparken. Vooral op pretparken met veel achtbanen en karretjes die vaart maken. Heerlijk vind ik dat! Er is een tijd geweest dat ik ervan overtuigd was dat de hemel een groot pretpark was. Tot ik erachter kwam dat pretparken niet voor iedereen prettig zijn. Ook al zou je dat vanwege de naam wel verwachten... Een illusie armer besloot ik dat er wellicht ergens in de hemel een groot pretpark was waarvoor je niet hoefde te betalen. De rest van de hemel zou veel weg hebben van een sprookjesbos, maar dan zonder boze wolven en valse heksen.
Na deze fase stelde ik de hemel voor als leven in het paradijs. Met veel natuur en als ik honger kreeg dan zou ik een appeltje of een perzik plukken. Ik zou drinken uit een beekje dat kabbelend haar weg vond door al het groen. Ik zou worden omringd door veel wilde dieren die elkaar, en vooral mij, niet opaten… Ik stelde mezelf voor, lopend naast een leeuw, tussen de apen of op de rug van een olifant. Uitermate Disney.
Inmiddels ben ik me ervan bewust dat ik me er geen voorstelling van kan maken. Ik zeg dat dan ook altijd. Tot voor kort gelóófde ik mezelf ook als ik dat zei. Maar afgelopen zomer raakte ik in gesprek met een Afrikaan over het christendom en de bijbel. Met stralende ogen vertelde hij me over de hemel. Wat daar allemaal mogelijk zou zijn!! Hij zou zéker in een dure auto rijden en overal zouden wolkenkrabbers staan en door de hele hemel zouden brede asfaltwegen lopen!
Ik moet bekennen dat mijn Disneyhemel toch dieper zat dan ik dacht. Ik was geschokt en legde hem uit dat ik meer een safaripark- gevoel had bij de hemel. Hij begon te lachen en vond wilde dieren ontzettend ongewenst en uitermate gevaarlijk. Het hielp helemaal niet dat ik zei dat ze niet zouden bijten.
We concludeerden dat het maar goed was dat wij de hemel niet hoefden te bedenken: Mijn hemeldieren passen gewoon niet in zijn hemelse asfaltjungle…
Normaal gesproken ben ik gek op pretparken. Vooral op pretparken met veel achtbanen en karretjes die vaart maken. Heerlijk vind ik dat! Er is een tijd geweest dat ik ervan overtuigd was dat de hemel een groot pretpark was. Tot ik erachter kwam dat pretparken niet voor iedereen prettig zijn. Ook al zou je dat vanwege de naam wel verwachten... Een illusie armer besloot ik dat er wellicht ergens in de hemel een groot pretpark was waarvoor je niet hoefde te betalen. De rest van de hemel zou veel weg hebben van een sprookjesbos, maar dan zonder boze wolven en valse heksen.
Na deze fase stelde ik de hemel voor als leven in het paradijs. Met veel natuur en als ik honger kreeg dan zou ik een appeltje of een perzik plukken. Ik zou drinken uit een beekje dat kabbelend haar weg vond door al het groen. Ik zou worden omringd door veel wilde dieren die elkaar, en vooral mij, niet opaten… Ik stelde mezelf voor, lopend naast een leeuw, tussen de apen of op de rug van een olifant. Uitermate Disney.
Inmiddels ben ik me ervan bewust dat ik me er geen voorstelling van kan maken. Ik zeg dat dan ook altijd. Tot voor kort gelóófde ik mezelf ook als ik dat zei. Maar afgelopen zomer raakte ik in gesprek met een Afrikaan over het christendom en de bijbel. Met stralende ogen vertelde hij me over de hemel. Wat daar allemaal mogelijk zou zijn!! Hij zou zéker in een dure auto rijden en overal zouden wolkenkrabbers staan en door de hele hemel zouden brede asfaltwegen lopen!
Ik moet bekennen dat mijn Disneyhemel toch dieper zat dan ik dacht. Ik was geschokt en legde hem uit dat ik meer een safaripark- gevoel had bij de hemel. Hij begon te lachen en vond wilde dieren ontzettend ongewenst en uitermate gevaarlijk. Het hielp helemaal niet dat ik zei dat ze niet zouden bijten.
We concludeerden dat het maar goed was dat wij de hemel niet hoefden te bedenken: Mijn hemeldieren passen gewoon niet in zijn hemelse asfaltjungle…
Log in om te reageren.