Angst is er in vele vormen. Het nieuws staat bol van angst voor terroristische aanslagen, angst voor de financiële crisis, angst om op te vallen of angst om je mening te geven. Dat mensen zich druk maken om deze dingen is logisch, maar in het dagelijks leven houden we er nog heel wat minder verklaarbare angsten op na.
Een oud-huisgenoot van me had een opmerkelijke angst voor spinnen. Misschien had hij die overgehouden uit de tijd dat hij in Afrika zat. Desalniettemin verbaasde het mij dat hij van een gemiddelde huisspin al op z’n stoel stond. Wie wel eens een tarantula in de hoek van zijn kamer heeft zien zitten, zal ongetwijfeld een angst voor grote dikke harige spinnen begrijpen. Maar vergeleken bij de tarantula zijn alle Nederlandse spinnen lief, klein en onschuldig. Ze ruimen vooral ander ongedierte op. Waarom een nuttig diertje als de kruisspin de gemiddelde Nederlandse dame al de stuipen op het lijf jaagt, heb ik dan ook nooit begrepen. Dat mijn doorgaans zeer mannelijke huisgenoot de wc mijdde als er een spin in zat, was daarom nog verbazingwekkender.
De meeste fobieën zijn vaak totaal irrationeel, maar voor de persoon die eraan lijdt zijn ze heel rationeel en uiterst lastig. Arachnofobie, de angst voor spinnen is in Afrika misschien nuttig, maar in Nederland totaal zinloos. Tenzij we door de klimaatverandering hier straks ook een zwarte weduwe in de vrije natuur kunnen tegenkomen, maar ik ga er toch van uit dat dit nog even zal duren.
Enkele opmerkelijke andere fobieën kwam ik tegen op Wikipedia. Het bestaan ervan verbaasde me. Zo is er een anglofobie (angst voor Engels), coulrofobie (angst voor clowns) en oikofobie (angst voor huizen). Ook de angsten die lastig zouden zijn als je op deze site ingeschreven staat,wil ik jullie niet onthouden. Zo zijn er daadwerkelijk namen voor zoenangst (philemafobie), angst voor mannen (androfobie) en vrouwen (gynefobie) en langdurige relaties (gamofobie). De meest opmerkelijke blijft natuurlijk de angst voor lange woorden: hippopotomonstrosesquippedaliofobie. Ik kan me niet aan het idee ontrekken dat mensen die hieraan lijden liever niet horen wat ze hebben...
Ik als schrijver ken maar één echte angst. Jullie zullen hem allemaal kennen, vanwege het feit dat er op deze site een profieltekst wordt verwacht. Het grote witte vlak met het knipperende cursortje en geen idee wat je er moet neerzetten. Mijn grootste angst is die van het writersblock. Ik zou het Tabula rasafobie willen noemen. Het is het ergste dat een schrijver kan overkomen. Waarom begin ik in mijn eerste column over een writersblock zou je kunnen denken. Lekkere schrijver is dat. Ach, het leek me goed om maar meteen open kaart te spelen en iets van mij persoonlijk te laten zien.
Ook schrijvers kennen irrationele angsten, hoewel deze vaak niet erkend worden. Sterker nog, op Wikipedia is niets bekend over een angst voor lege blaadjes. Nu ik dit gedeeld heb, is die vrees voor mij weer even weg. Met gerust hart en frisse moed zie ik ernaar uit deze rubriek keer op keer te mogen vullen. Het writersblock ligt namelijk al zo’n 500 woorden achter me.
Een oud-huisgenoot van me had een opmerkelijke angst voor spinnen. Misschien had hij die overgehouden uit de tijd dat hij in Afrika zat. Desalniettemin verbaasde het mij dat hij van een gemiddelde huisspin al op z’n stoel stond. Wie wel eens een tarantula in de hoek van zijn kamer heeft zien zitten, zal ongetwijfeld een angst voor grote dikke harige spinnen begrijpen. Maar vergeleken bij de tarantula zijn alle Nederlandse spinnen lief, klein en onschuldig. Ze ruimen vooral ander ongedierte op. Waarom een nuttig diertje als de kruisspin de gemiddelde Nederlandse dame al de stuipen op het lijf jaagt, heb ik dan ook nooit begrepen. Dat mijn doorgaans zeer mannelijke huisgenoot de wc mijdde als er een spin in zat, was daarom nog verbazingwekkender.
De meeste fobieën zijn vaak totaal irrationeel, maar voor de persoon die eraan lijdt zijn ze heel rationeel en uiterst lastig. Arachnofobie, de angst voor spinnen is in Afrika misschien nuttig, maar in Nederland totaal zinloos. Tenzij we door de klimaatverandering hier straks ook een zwarte weduwe in de vrije natuur kunnen tegenkomen, maar ik ga er toch van uit dat dit nog even zal duren.
Enkele opmerkelijke andere fobieën kwam ik tegen op Wikipedia. Het bestaan ervan verbaasde me. Zo is er een anglofobie (angst voor Engels), coulrofobie (angst voor clowns) en oikofobie (angst voor huizen). Ook de angsten die lastig zouden zijn als je op deze site ingeschreven staat,wil ik jullie niet onthouden. Zo zijn er daadwerkelijk namen voor zoenangst (philemafobie), angst voor mannen (androfobie) en vrouwen (gynefobie) en langdurige relaties (gamofobie). De meest opmerkelijke blijft natuurlijk de angst voor lange woorden: hippopotomonstrosesquippedaliofobie. Ik kan me niet aan het idee ontrekken dat mensen die hieraan lijden liever niet horen wat ze hebben...
Ik als schrijver ken maar één echte angst. Jullie zullen hem allemaal kennen, vanwege het feit dat er op deze site een profieltekst wordt verwacht. Het grote witte vlak met het knipperende cursortje en geen idee wat je er moet neerzetten. Mijn grootste angst is die van het writersblock. Ik zou het Tabula rasafobie willen noemen. Het is het ergste dat een schrijver kan overkomen. Waarom begin ik in mijn eerste column over een writersblock zou je kunnen denken. Lekkere schrijver is dat. Ach, het leek me goed om maar meteen open kaart te spelen en iets van mij persoonlijk te laten zien.
Ook schrijvers kennen irrationele angsten, hoewel deze vaak niet erkend worden. Sterker nog, op Wikipedia is niets bekend over een angst voor lege blaadjes. Nu ik dit gedeeld heb, is die vrees voor mij weer even weg. Met gerust hart en frisse moed zie ik ernaar uit deze rubriek keer op keer te mogen vullen. Het writersblock ligt namelijk al zo’n 500 woorden achter me.
Log in om te reageren.