Oh nee hé. Het is alweer 14 juni. Overmorgen ben ik jarig! Dan word ik 26…Overmorgen word ik stokoud! Dat wil ik helemaal niet! Zesentwintig, het KLINKT zelfs oud! Hoe zorg ik ervoor dat ik niet jarig word?
Ik ga gewoon doen alsof ik niet jarig ben, die 16e juni. Ik geef geen feestje, ik doe net alsof het de normaalste dag ooit is. Nee dank je, ik hoef geen kadootjes, en ook geen taart met 26 kaarsjes. Ik stop gewoon ’s ochtends vroeg mijn hoofd onder mijn prinsessendekbed, en kom pas weer te voorschijn wanneer het 17 Juni is. Dan denkt iedereen dat ik nog 25 ben. Wieweet ga ik het dan uiteindelijk zelf ook geloven.
Want als ik 26 ben, dat zit ik aan de verkeerde kant van 25. Dan begin ik af te glijden naar de gruwelijke Drie-Nul. Serieus, als ik in de spiegel kijk, en een heel gek hoofd trek, krijg ik een rimpel ergens bovenaan op mijn voorhoofd.
Als ondanks die voorzorgsmaatregelen mijn grootouders, of kringzusjes, of obscure kennissen me willen feliciteren (via telefoon of sms)…dan ga ik gewoon glashard ontkennen, alsof ik een foute politicus ben. “Ik jarig? Hoe kom je erbij? Je haalt me vast door de war met mijn zusje! Die is de 19e jarig, ja, die wordt 26. Iedereen die denkt dat zij de oudste is heeft gelijk. Er staat inderdaad een drukfout in mijn paspoort.”
Waarom heb ik niet meer gedaan in al die jaren? Op de middelbare school had ik een things-to-do-voor-m’n-26e-lijst van tien pagina’s. Bovenaan stond: Zeven romans schrijven en zes kinderboeken, een paar kookboeken, een film maken die alle Oscars krijgt, naar Afrika fietsen, met de Leukste Jongen in het Universum in zo’n schattig rood huisje in aan zee gaan wonen, in Zweden natuurlijk. Dat moet ik allemaal nog bereiken voor 16 Juni. Daarom blijf ik liever 25.
Dus nee, absoluut geen verjaardagen meer voor mij. Van verjaardagen wordt je hoogbejaard. Okee, nu iedereen afbellen, m’n lieve meidenkring, m’n drie beste vriendinnen, die paar leuke jongens…
Ik zou dit jaar eindelijk een verjaardagsfeest met meer dan drie mensen hebben, een gezellige picknick in ’t park. Hmmmm, tja…
Ik ga gewoon doen alsof ik niet jarig ben, die 16e juni. Ik geef geen feestje, ik doe net alsof het de normaalste dag ooit is. Nee dank je, ik hoef geen kadootjes, en ook geen taart met 26 kaarsjes. Ik stop gewoon ’s ochtends vroeg mijn hoofd onder mijn prinsessendekbed, en kom pas weer te voorschijn wanneer het 17 Juni is. Dan denkt iedereen dat ik nog 25 ben. Wieweet ga ik het dan uiteindelijk zelf ook geloven.
Want als ik 26 ben, dat zit ik aan de verkeerde kant van 25. Dan begin ik af te glijden naar de gruwelijke Drie-Nul. Serieus, als ik in de spiegel kijk, en een heel gek hoofd trek, krijg ik een rimpel ergens bovenaan op mijn voorhoofd.
Als ondanks die voorzorgsmaatregelen mijn grootouders, of kringzusjes, of obscure kennissen me willen feliciteren (via telefoon of sms)…dan ga ik gewoon glashard ontkennen, alsof ik een foute politicus ben. “Ik jarig? Hoe kom je erbij? Je haalt me vast door de war met mijn zusje! Die is de 19e jarig, ja, die wordt 26. Iedereen die denkt dat zij de oudste is heeft gelijk. Er staat inderdaad een drukfout in mijn paspoort.”
Waarom heb ik niet meer gedaan in al die jaren? Op de middelbare school had ik een things-to-do-voor-m’n-26e-lijst van tien pagina’s. Bovenaan stond: Zeven romans schrijven en zes kinderboeken, een paar kookboeken, een film maken die alle Oscars krijgt, naar Afrika fietsen, met de Leukste Jongen in het Universum in zo’n schattig rood huisje in aan zee gaan wonen, in Zweden natuurlijk. Dat moet ik allemaal nog bereiken voor 16 Juni. Daarom blijf ik liever 25.
Dus nee, absoluut geen verjaardagen meer voor mij. Van verjaardagen wordt je hoogbejaard. Okee, nu iedereen afbellen, m’n lieve meidenkring, m’n drie beste vriendinnen, die paar leuke jongens…
Ik zou dit jaar eindelijk een verjaardagsfeest met meer dan drie mensen hebben, een gezellige picknick in ’t park. Hmmmm, tja…
Log in om te reageren.