Blog
De waarheid boven alles. Deel 1
Door datingsite- en communitylid
aske
24-01-2019 10:20 | bekeken:
588 | funked:
3 | reacties:
6
Hij was dominee ten tijde van de 2e wereldoorlog en ging mee met de vrijmaking. Dominee Boonstra. Volgens Albert: 'een rustige vrijgezelle man, zijn zuster deed de huishouding'.
Hij was de eerste vrijgemaakte dominee van Leens.
Ik ben in Leens opgegroeid. Mijn zus woont er nog steeds, samen met Albert.
Albert is geïnteresseerd in geschiedenis en weet veel van hoe-het-er-toen-aan-toe-ging. Van de periode rond de vrijmaking. Albert vertelt, ik stel vragen en maak een verhaal van zijn informatie vermengt met wat ik er-nog-van-weet.
Door de scheuring in de gereformeerde kerk in 1944, ontstond er een scherpe scheiding binnen het gereformeerde kerkvolk. Een deel van de gereformeerden bleef in de kerk, een deel maakte zich vrij.
Zowel de blijvers als de verlaters claimden de naam 'gereformeerd'. De 'blijvers' noemden de 'verlaters' echter: 'de vrijgemaakten'. De vrijgemaakten hadden zich, volgens hun eigen optiek, vrijgemaakt van synodale machtsbesluiten en andere verkeerde invloeden. Ze bleven trouw aan de zuivere leer en baseerden hun onttrekking aan synodale invloeden op artikel 31. Ze noemden de 'blijvers' dan ook de synodalen, omdat die de synode meer gezag toekenden dan de plaatselijke kerk.
Ooit zaten die synodalen en vrijgemaakten samen in 1 gereformeerde kerk. Na de scheuring kwamen ze steeds meer tegenover elkaar te staan, als wij tegenover zij. Mensen die tot de scheiding samen gekerkt, geleefd en in hetzelfde dorp met elkaar omgegaan waren, zagen elkaar langzamerhand als afvalligen en vijanden. Er ontstond verwijdering die op strijd en verkettering uitliep.
Voormalige broeders en zusters konden elkaar, bijna letterlijk, niet meer luchten of zien.
Scheiden brengt lijden.
Ook bij een kerkscheiding.
Mijn opa en oma werden in 1944 vrijgemaakt, mijn vader Arie werd het ook
Zijn zus Nellie met oom Gerrit werden eerst ook vrijgemaakt.
Broer Henk met tante Rie; ze bleven synodaal.
Dat zorgde voor spanning, ruzie en tenslotte verwijdering. Ik heb oom Henk en tante Rie nauwelijks gekend. Oom Henk was huisarts in de noordoost polder. Ze kwamen niet bij ons thuis, wij kwamen niet bij hen. Mijn ouders praten niet over hen. Ze hadden een aantal zoons, Sven, Ernst.. de andere namen ken ik niet.
Tante Nellie woonde met oom Gerrit in Leens. Hij was er kapper en fotograaf. Ze gingen later terug naar de synodalen. Ze maakten daarmee in de ogen van de fanatiekelingen en mijn vader de verkeerde keuze. En dat had verstrekkende gevolgen. Je kon niet met hen omgaan, dan raakte je geweten, of misschien was het je ego, beknelt.
De scheuring ging dwars door families, ook door de gezin van mijn opa.