WOOOOEEEEEEESH doet mijn linkeroor opeens. Ik schrik, grijp naar m’n oor. Ik zit in m’n lievelingscafé, met I. Tenminste, zitten… hij is al aan het afrekenen, want ik heb zo’n oorpijn dat ik naar huis wil. Hij ziet me schrikken, rent naar me toe. Ondertussen wordt mijn hele oor dof…Dan zie ik het bloed op mijn vingers. “BLOED!”, roep ik in paniek .“Er komt bloed uit mijn oor! Er stroomt gewoon echt bloed uit mijn oor! Bel 112!”
De mensen van het café schrikken net zo erg van al dat bloed als ik en I. Meteen wordt er een ambulance gebeld, die er al snel aankomt. Ik vertel ’t verhaal (oorpijn, woesh-geluid) aan de ambulancebroeders terwijl er nog steeds bloed uit mijn oor loopt. Ze zien met de snelheid van licht dat ’t een middenoorontsteking is en dat m’n trommelvlies is doorgebroken. Niks levensbedreigends dus, en eigenlijk helemaal niet ambulance-waardig. Toch krijgen I. en ik een lift naar de eerste hulp van het ziekenhuis.
In de ambulance bedenk ik me opeens: ik moet nog zoveel doen vanavond, en dit weekend, en komende week! Mijn things- to- do-lijstje bestaat uit:
- Sinterklaasgedichten, want ik ben de Rijmpiet thuis. Volgend jaar stuur ik een open sollicitatie naar het bisschoppelijk paleis van St. Nicolaas, want wie weet is de echte Rijmpiet wel aan pensioen toe.
- De Zondagse Cake. Die moet ik ook nog bakken. Da’s het middelpunt van elke zondag, m’n opa en oma vragen er altijd naar. En het is altijd zo leuk om de volgende dag een groot stuk voor I. mee te nemen in een schattig broodtrommeltje.
- Vier grote essays: Eentje over Vikings, eentje over een Engels gedicht, eentje over een Latijnse schrijver en eentje over een heel obscuur, bijna uitgestorven Zweeds dialect…Waah! Kan ik vier dingen niet in één essay proppen, met een beetje duwen en trekken en wetenschappelijke vaagheid?
- Colleges, tentamens, een interview voor een magazine, een nieuw Kerstverhaal, een Sinterklaasverhaal, naar die tentoonstelling over van Gogh…
- Oh ja,en last but not least, een column!
We wachten een tijd lang bij de eerste hulp, terwijl ik eigenlijk nog steeds super geschrokken ben. Uiteindelijk kijken twee artsen in mijn oor, stellen ook vast dat het een middenoorontsteking en een doorgebroken trommelvlies is. “Da’s niks ernstigs, ‘t geneest vanzelf en heel snel,” zeggen ze. “Binnen zes weken.”
“Binnen zes weken??”, roep ik verontwaardigd. “Maar ik heb helemaal geen tijd om ziek te zijn!”
De mensen van het café schrikken net zo erg van al dat bloed als ik en I. Meteen wordt er een ambulance gebeld, die er al snel aankomt. Ik vertel ’t verhaal (oorpijn, woesh-geluid) aan de ambulancebroeders terwijl er nog steeds bloed uit mijn oor loopt. Ze zien met de snelheid van licht dat ’t een middenoorontsteking is en dat m’n trommelvlies is doorgebroken. Niks levensbedreigends dus, en eigenlijk helemaal niet ambulance-waardig. Toch krijgen I. en ik een lift naar de eerste hulp van het ziekenhuis.
In de ambulance bedenk ik me opeens: ik moet nog zoveel doen vanavond, en dit weekend, en komende week! Mijn things- to- do-lijstje bestaat uit:
- Sinterklaasgedichten, want ik ben de Rijmpiet thuis. Volgend jaar stuur ik een open sollicitatie naar het bisschoppelijk paleis van St. Nicolaas, want wie weet is de echte Rijmpiet wel aan pensioen toe.
- De Zondagse Cake. Die moet ik ook nog bakken. Da’s het middelpunt van elke zondag, m’n opa en oma vragen er altijd naar. En het is altijd zo leuk om de volgende dag een groot stuk voor I. mee te nemen in een schattig broodtrommeltje.
- Vier grote essays: Eentje over Vikings, eentje over een Engels gedicht, eentje over een Latijnse schrijver en eentje over een heel obscuur, bijna uitgestorven Zweeds dialect…Waah! Kan ik vier dingen niet in één essay proppen, met een beetje duwen en trekken en wetenschappelijke vaagheid?
- Colleges, tentamens, een interview voor een magazine, een nieuw Kerstverhaal, een Sinterklaasverhaal, naar die tentoonstelling over van Gogh…
- Oh ja,en last but not least, een column!
We wachten een tijd lang bij de eerste hulp, terwijl ik eigenlijk nog steeds super geschrokken ben. Uiteindelijk kijken twee artsen in mijn oor, stellen ook vast dat het een middenoorontsteking en een doorgebroken trommelvlies is. “Da’s niks ernstigs, ‘t geneest vanzelf en heel snel,” zeggen ze. “Binnen zes weken.”
“Binnen zes weken??”, roep ik verontwaardigd. “Maar ik heb helemaal geen tijd om ziek te zijn!”
Log in om te reageren.