Beste meneer Micha,
Allereerst hartelijk dank voor je mooie boek. Ik moet zeggen dat het vlot en boeiend geschreven is allemaal, met leuke beelden en interessante stellingen. Ook qua PR heb je het aardig goed voor elkaar, als je het mij vraagt. Elk jaar kom je weer voorbij, zo rond half oktober, met een heerlijk uitdagend verhaal over sociale gerechtigheid, naastenliefde en samen delen. Het is altijd wel weer goed voor een pittig drie punten praatje, en ik moet zeggen dat de plakken machinaal gefabriceerde volle roombotercake en kopjes Max Havelaar toch altijd een bittere nasmaak geven, na de van de kansel op bijna zakelijke toon opgesomde lijst met schrikpercentages over honger, analfabetisme en armoede in onze brandende wereld.
En het was heus niet zo dat ik geïrriteerd was door deze boodschap, of door het feit dat iedereen uitgedaagd werd om eens echt concreet te worden als het gaat om daden van rechtvaardigheid en sociale steun. En ik was óók niet boos omdat we vervolgens ruim vijf minuten aan de slag moesten gaan om een lijst in te vullen waarin we aan konden geven of en hoe we dan ons hoognodige steentje bij zouden kunnen dragen aan het wel en wee van de mensen om ons heen.
Nee, de reden dat ik lichtelijk geërgerd was en in de veilige beschutting van mijn derdehands auto een serie schuttingwoorden en vloeken produceerde die, als ze in de kerkzaal te horen waren geweest, zeker goed waren geweest voor een pijnlijk pastoraal moment met minimaal vijf bezorgde broeders en zusters, had helemaal niets met jouw verhaal te maken.
Dat kwam namelijk omdat er een heleboel mensen waren die het nodig hadden gevonden om zich juist op deze grauwe zondagochtend te hullen in fluorescente hardloopkleding met als enige doel om een onzalige afstand af te leggen op gekke witte en zwarte schoenen (wist jij trouwens waar en door wie al die schoenen in elkaar genaaid en gelijmd worden? Maar daar hoor je de dominee nooit over.)
En speciaal voor dit soort mensen werden dus wél wegen en straten afgezet. Maar voor de trouwe kerkganger die misschien een beetje een rothumeur had en wellicht een kwartier tot een half uur te lang in het warme bed had gelegen en dus een beetje aan de late kant was, dáár was dus weer niets voor geregeld. Die mocht liters extra benzine verstoken op zoek naar een éénrichtingsverkeerstraatje dat maar niet kwam, om vervolgens zwetend in de koude kerkbanken te verschijnen. En net toen ik dacht even heerlijk te klagen tegen mijn naaste buren was jij daar weer, sullige schijnheil, met je eeuwige verhaal dat dankbaarheid en tevredenheid van me eist. Over dat er mensen waren die het minder hadden dan ik, en dat ik daar voor moest opkomen.
Ik kan niet wachten tot volgend jaar.
Allereerst hartelijk dank voor je mooie boek. Ik moet zeggen dat het vlot en boeiend geschreven is allemaal, met leuke beelden en interessante stellingen. Ook qua PR heb je het aardig goed voor elkaar, als je het mij vraagt. Elk jaar kom je weer voorbij, zo rond half oktober, met een heerlijk uitdagend verhaal over sociale gerechtigheid, naastenliefde en samen delen. Het is altijd wel weer goed voor een pittig drie punten praatje, en ik moet zeggen dat de plakken machinaal gefabriceerde volle roombotercake en kopjes Max Havelaar toch altijd een bittere nasmaak geven, na de van de kansel op bijna zakelijke toon opgesomde lijst met schrikpercentages over honger, analfabetisme en armoede in onze brandende wereld.
En het was heus niet zo dat ik geïrriteerd was door deze boodschap, of door het feit dat iedereen uitgedaagd werd om eens echt concreet te worden als het gaat om daden van rechtvaardigheid en sociale steun. En ik was óók niet boos omdat we vervolgens ruim vijf minuten aan de slag moesten gaan om een lijst in te vullen waarin we aan konden geven of en hoe we dan ons hoognodige steentje bij zouden kunnen dragen aan het wel en wee van de mensen om ons heen.
Nee, de reden dat ik lichtelijk geërgerd was en in de veilige beschutting van mijn derdehands auto een serie schuttingwoorden en vloeken produceerde die, als ze in de kerkzaal te horen waren geweest, zeker goed waren geweest voor een pijnlijk pastoraal moment met minimaal vijf bezorgde broeders en zusters, had helemaal niets met jouw verhaal te maken.
Dat kwam namelijk omdat er een heleboel mensen waren die het nodig hadden gevonden om zich juist op deze grauwe zondagochtend te hullen in fluorescente hardloopkleding met als enige doel om een onzalige afstand af te leggen op gekke witte en zwarte schoenen (wist jij trouwens waar en door wie al die schoenen in elkaar genaaid en gelijmd worden? Maar daar hoor je de dominee nooit over.)
En speciaal voor dit soort mensen werden dus wél wegen en straten afgezet. Maar voor de trouwe kerkganger die misschien een beetje een rothumeur had en wellicht een kwartier tot een half uur te lang in het warme bed had gelegen en dus een beetje aan de late kant was, dáár was dus weer niets voor geregeld. Die mocht liters extra benzine verstoken op zoek naar een éénrichtingsverkeerstraatje dat maar niet kwam, om vervolgens zwetend in de koude kerkbanken te verschijnen. En net toen ik dacht even heerlijk te klagen tegen mijn naaste buren was jij daar weer, sullige schijnheil, met je eeuwige verhaal dat dankbaarheid en tevredenheid van me eist. Over dat er mensen waren die het minder hadden dan ik, en dat ik daar voor moest opkomen.
Ik kan niet wachten tot volgend jaar.
Log in om te reageren.