Na maar drie uurtjes te hebben geslapen (en m’n huisgenoot weer te hebben wakker gestommeld) sta ik dan eindelijk, hyper van de koffie, bij de bagage-incheckbalie van ’t piepkleine vliegveld van de Zweedse stad waar ik werk. Hoera, ik ga naar Nederland voor een heel erg late Sinterklaas en voor Kerst! Ik check m’n megakoffer in (vol vuile was, alsof ik nog steeds op kamers woon) en ga snel door de security dankzij de superhandige uitgeprinte boarding pass. “Tjonge, ik ben echt een wereldreiziger nu,” denk ik, terwijl ik het trapje naar het vliegtuig opklim “Heel volwassen en kosmopolitisch!”
Drie kwartier later landt m’n vliegtuig op Stockholm Arlanda. M’n mini-berg van een koffer wordt direct doorgestuurd naar schiphol, dus koffer-loos en relaxt loop ik naar de terminal waar m’n volgende vliegtuig vandaan vertrekt, en bestel een chai latte bij een koffie-balie daaro. “Hee! Sta eens niet zo te treuzelen!” hoor ik opeens een strenge stem achter me snauwen, in ’t Nederlands. Huh, wat? Het is een dame op leeftijd, ook Nederlands, kennelijk. “Ja jij! Er zijn andere mensen die nog wat moeten bestellen!” snibt het dametje.
“Ja mevrouw, sorry mevrouw, ik zal opschieten mevrouw,” stamel ik van pure verbijsterdheid, ook in het Nederlands. Ik schuifel opzij, stoot daarbij bijna een hele rij styrofoam kopjes om, en maak dat ik wegkom. Hoe kon die dame zien dat ik Nederlands ben? Ik had gewoon in het Zweeds moeten antwoorden...
Ik ga zitten, maar zodra ik nog maar één slokje van m’n chai latte heb gehad, loopt één van mijn Zweedse lievelingsbands voorbij. WOAH. Wat is Zweden toch dunbevolkt. Ik zit gewoon op Stockholm Arlanda, op een doodnormale doordeweekse dag, en -BOEM!- daar loopt de band voorbij die door de Zweedse TV is benoemd tot “De Mooiste Mensen van Heel Scandinavië.” Ik moet een praatje met ze maken. Snel loop ik achter ze aan –sjips, laptoptas, snel weer terug en heen- en haal ze uiteindelijk in op de trap. “Ehm, gekke vraag misschien, maar jij bent toch Gustaf van Mando Diao?”
“Ja” (Op ietwat arrogante toon).
Wauw, in real life is-ie nog model-knapper. M’n hersens zijn foetsie, dus ik weet niet goed wat ik moet zeggen.
“Ehm cool, leuk je in ’t echt tegen te komen,” is het enige dat ik kan bedenken, “fijne reis nog.” Dan ren ik de trap weer op, en bedenk me bij de gate pas dat ik helemaal niet om een foto ofzo heb gevraagd.
Het boarden van het vliegtuig begint. Ik wil het snelhechter-mapje met m’n boarding pass pakken, maar waar is dat gebleven? Waar is m’n boarding pass? Ik duik onder de banken om te kijken of ’t daar ligt, vraag bij de koffiebalie en de kiosk, gooi m’n laptoptas leeg, vraag een paar zakenmannen om op te staan, misschien zitten zij bovenop het mapje... maar nee hoor. Sjips, hoe kom ik nu thuis, zo zonder boarding pass? Inchecken voor deze vlucht is ook allang voorbij. Ik ben echt radeloos nu.
“Gewoon in de rij gaan staan,” zegt een zakenman, die de paniek op m’n gezicht ziet “en laat je paspoort zien.” Dat doe ik, de SAS-medewerkster typt wat in op haar computer, print een bonnetje uit, en ik mag toch mee met het vliegtuig naar Nederland. Pfoe...
Wereldreiziger? Heel volwassen? Nou, nauwelijks....
Drie kwartier later landt m’n vliegtuig op Stockholm Arlanda. M’n mini-berg van een koffer wordt direct doorgestuurd naar schiphol, dus koffer-loos en relaxt loop ik naar de terminal waar m’n volgende vliegtuig vandaan vertrekt, en bestel een chai latte bij een koffie-balie daaro. “Hee! Sta eens niet zo te treuzelen!” hoor ik opeens een strenge stem achter me snauwen, in ’t Nederlands. Huh, wat? Het is een dame op leeftijd, ook Nederlands, kennelijk. “Ja jij! Er zijn andere mensen die nog wat moeten bestellen!” snibt het dametje.
“Ja mevrouw, sorry mevrouw, ik zal opschieten mevrouw,” stamel ik van pure verbijsterdheid, ook in het Nederlands. Ik schuifel opzij, stoot daarbij bijna een hele rij styrofoam kopjes om, en maak dat ik wegkom. Hoe kon die dame zien dat ik Nederlands ben? Ik had gewoon in het Zweeds moeten antwoorden...
Ik ga zitten, maar zodra ik nog maar één slokje van m’n chai latte heb gehad, loopt één van mijn Zweedse lievelingsbands voorbij. WOAH. Wat is Zweden toch dunbevolkt. Ik zit gewoon op Stockholm Arlanda, op een doodnormale doordeweekse dag, en -BOEM!- daar loopt de band voorbij die door de Zweedse TV is benoemd tot “De Mooiste Mensen van Heel Scandinavië.” Ik moet een praatje met ze maken. Snel loop ik achter ze aan –sjips, laptoptas, snel weer terug en heen- en haal ze uiteindelijk in op de trap. “Ehm, gekke vraag misschien, maar jij bent toch Gustaf van Mando Diao?”
“Ja” (Op ietwat arrogante toon).
Wauw, in real life is-ie nog model-knapper. M’n hersens zijn foetsie, dus ik weet niet goed wat ik moet zeggen.
“Ehm cool, leuk je in ’t echt tegen te komen,” is het enige dat ik kan bedenken, “fijne reis nog.” Dan ren ik de trap weer op, en bedenk me bij de gate pas dat ik helemaal niet om een foto ofzo heb gevraagd.
Het boarden van het vliegtuig begint. Ik wil het snelhechter-mapje met m’n boarding pass pakken, maar waar is dat gebleven? Waar is m’n boarding pass? Ik duik onder de banken om te kijken of ’t daar ligt, vraag bij de koffiebalie en de kiosk, gooi m’n laptoptas leeg, vraag een paar zakenmannen om op te staan, misschien zitten zij bovenop het mapje... maar nee hoor. Sjips, hoe kom ik nu thuis, zo zonder boarding pass? Inchecken voor deze vlucht is ook allang voorbij. Ik ben echt radeloos nu.
“Gewoon in de rij gaan staan,” zegt een zakenman, die de paniek op m’n gezicht ziet “en laat je paspoort zien.” Dat doe ik, de SAS-medewerkster typt wat in op haar computer, print een bonnetje uit, en ik mag toch mee met het vliegtuig naar Nederland. Pfoe...
Wereldreiziger? Heel volwassen? Nou, nauwelijks....
Log in om te reageren.