Na mijn jarenlange noeste arbeid voor dit prachtige sociale vissenfenomeen werd het de hoogste tijd om eens op een flinke fuif getrakteerd te worden voor mijn tomeloze schrijfinzet. De Community Manager Zelf nodigde mij uit om eens gezellig te komen lunchen op Het Kantoor. Met de nodige spanning in mijn benen slalomde ik langs de drommen toeristen op het Damrak: ik als begenadigd columnist mocht mij in het heiligdom achter het voorhangsel gaan begeven.
Na een kort bezoek aan een lokale bakker voor het aanschaffen van een halfje bruin voor de lunch (gastvrijheid kent zijn grenzen) kwam ik op het juiste adres. Midden in een souvenirwinkel duik ik een verscholen gangetje in en laat De Lift komen, ondertussen met de nodige arrogantie de toeristen aankijkend. Hier is een mán aan het wérk. Bewondering maakt plaats voor hoongelach als ik de deur niet open krijg. Schaapachtig ontvang ik per telefoon een heuse toegangscode. Piepend en krakend zuchten wij ons een weg naar boven.
Dus hier gebeurt het allemaal. Hier worden snode plannen gesmeed, uitstapjes georganiseerd en heuse huwelijken gearrangeerd. Het zou hier moeten gonzen van activiteit, hard werkende mensen, een zwoegende redactie en geschreeuw door telefoons. De realiteit heeft me weer eens ingehaald. Community Manager Erik verwelkomt mij in een leeg kantoor, want ‘iedereen is weg’. Geen luid onthaal, geen hordes mensen die een gesigneerde column willen hebben. Gevoelig!
De door mij medegefinancierde lunch wordt in pijnlijke stilte gegeten en daarna moet ik snel gaan, want: ‘het is heel erg druk in verband met het jubileumfeest’. Een week later zie ik hem daar staan met een glaasje in zijn hand, druk aan het praten met iedereen.
Uitslover.
Na een kort bezoek aan een lokale bakker voor het aanschaffen van een halfje bruin voor de lunch (gastvrijheid kent zijn grenzen) kwam ik op het juiste adres. Midden in een souvenirwinkel duik ik een verscholen gangetje in en laat De Lift komen, ondertussen met de nodige arrogantie de toeristen aankijkend. Hier is een mán aan het wérk. Bewondering maakt plaats voor hoongelach als ik de deur niet open krijg. Schaapachtig ontvang ik per telefoon een heuse toegangscode. Piepend en krakend zuchten wij ons een weg naar boven.
Dus hier gebeurt het allemaal. Hier worden snode plannen gesmeed, uitstapjes georganiseerd en heuse huwelijken gearrangeerd. Het zou hier moeten gonzen van activiteit, hard werkende mensen, een zwoegende redactie en geschreeuw door telefoons. De realiteit heeft me weer eens ingehaald. Community Manager Erik verwelkomt mij in een leeg kantoor, want ‘iedereen is weg’. Geen luid onthaal, geen hordes mensen die een gesigneerde column willen hebben. Gevoelig!
De door mij medegefinancierde lunch wordt in pijnlijke stilte gegeten en daarna moet ik snel gaan, want: ‘het is heel erg druk in verband met het jubileumfeest’. Een week later zie ik hem daar staan met een glaasje in zijn hand, druk aan het praten met iedereen.
Uitslover.
Log in om te reageren.