Blog
Het vluchten van de Geest
Door datingsite- en communitylid
Adriano
22-06-2019 22:43 | bekeken:
511 | funked:
5 | reacties:
2
Het vluchten van de Geest
Nee, geachte lezer-(es) dit is geen typefout, ik bedoel het precies zoals het er staat ‘Het vluchten van de Geest’, niet te verwarren met de vruchten van de Geest. Ik las het in het dagboek van Henri Nouwen ‘Een jaar met Henri Nouwen’ op 19 juni. Hij heeft het over wat ‘getuigen’ betekent, namelijk dat we voor God moeten opkomen.
Hij slaat me de spijker op mijn kop, dat voel ik en dus schrijf ik erover. Vaak is het uit onzekerheid dat we God ter sprake brengen bij familie, vrienden, buren en collega’s, aldus Henri. Maar Gods Geest is het meest aanwezig door dat wat Hij voortbrengt: ‘De vruchten van de Geest, is liefde, vreugde, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, vertrouwen, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.’: schrijft hij. En hij sluit af met: ‘Je kunt je daarom altijd beter afvragen: ‘Hoe kan ik groeien in de Geest?’ dan: ‘Hoe kan ik anderen laten geloven in de Geest?’
Dus de titel heeft betrekking op het vluchten in de Geest, wanneer je anderen wil laten geloven. Henri laat het woord ‘verdeeldheid’ vallen als gevolg van wat onze onzekerheid in geloof bij onszelf en anderen teweegbrengt. Verdeeldheid betekent hier conflict, ruzie, tweestrijd.
Het is dus goed bij jezelf te rade te gaan naar je motieven. Wil je voor God opkomen? Voelen we ons onzeker? En leven wij genoeg in de vruchten van de Geest? Hebben we genoeg liefde voor onszelf en de ander? Is er vreugde in ons leven? Voelen we regelmatig de vrede van Christus in ons leven? Zijn we geduldig met onszelf en met anderen? Is er genoeg vriendelijkheid in ons leven? Bedienen wij ons ten alle tijde van goedheid? Hoe zit het met ons vertrouwen in onszelf en de ander? Zijn wij zachtmoedig naar de ander? En tenslotte hebben we genoeg zelfbeheersing?
Als je zelf wilt groeien in de Geest kan je jezelf elke dag één van bovenstaande vragen stellen om te zien of je leeft in de Geest van God. Of liever nog meerdere situaties voor de Geest halen waarin je niet op de vlucht was voor de Geest, maar je de vruchten van de Geest leefde en toepaste ter meerdere eer en glorie van God. Volgens mij is er dan best veel werk aan de winkel.
Ik kijk de vragen terug en zet ze af tegen de ervaringen die ik woensdag op mijn werk had. Gelijk springen er twee in het oog, geduld en vriendelijkheid. Geduld te weinig en vriendelijkheid genoeg.
Er kwam een leerling die zijn kluissleutels niet in orde had. Ik hoorde zijn verhaal en geloofde het niet. In plaats van terug te geven wat ik dacht dat hij zei, hield ik mijn poot stijf en vertelde hem dat hij nu niet voldeed en 20 euro moest betalen. Hij vertrok met zijn staart tussen zijn benen.
Even later verscheen hij weer bij de balie. Ik sommeerde hem dat ik niet in discussie wilde gaan. En nu vertrok hij, en zag ik hem niet meer terug. Ik denk dat ik te weinig geduld met hem had. Dat is wat ik beter had kunnen doen, hem meer de ruimte had kunnen geven voor zijn verhaal. Misschien aan had kunnen geven dat als hij het er niet mee eens was hij naar de jaarleider had kunnen gaan. Nu was ik wel heel duidelijk, maar vraag ik mij af of het niet met wat meer zachtmoedigheid had gekund.
Daartegenover staat dat ik voor bijna alle leerlingen die geslaagd waren en die boeken en kluissleutels kwamen inleveren, informeerde welke opleiding ze na deze school gingen doen. Dat leverde steeds weer blije enthousiaste gezichten op. Dus daar mag ik in tevredenheid op terug kijken.
Deze twee voorbeelden geven aan hoe je zelf elke dag weer de mogelijkheid hebt om te reflecteren op wat je deed en daar lering uit te trekken. En tegelijk jezelf mag waarderen voor wat er goed ging. Dan gaat het over wat Henri noemt: ‘Hoe kan ik groeien in de Geest?’
Daar heb je helemaal zelf de regie over. Jij bepaald hoe je je leven inkleurt. Jij kan als je daarvoor kiest groeien. Ook al lijkt het soms alsof je stilstaat.
Als je ervoor kiest om Henri’s tweede zin na te volgen: ‘Hoe kan ik anderen laten geloven in de Geest?’ dan heb je daar veel minder invloed op. Natuurlijk hoop ik dat anderen net zo’n levend geloof krijgen als ik. Maar daar heb ik geen enkele invloed op. Dus is het raadzaam om mij bij mijn eigen groei te houden. Dat vraagt genoeg inzet en standvastigheid, elk dag weer.