Blog
Het leven in Leens na de vrijmaking. Deel 2
Door datingsite- en communitylid
aske
02-02-2019 16:06 | bekeken:
735 | funked:
1 | reacties:
0
Hoe ging dat er in Leens aan toe ten tijde van de vrijmaking?
Reina was een jaar of 18 toen dat gebeurde. Het is wat langs haar heen gegaan. Ze weet nog dat er veel vergaderd werd door de mannen van de kerkenraad. Het waren moeilijke vergaderingen, vertelde Albert Jan Sikkens haar later.
'Op een zekere zaterdagavond kregen we allemaal een briefje in de bus dat er verschillende diensten gehouden zouden worden de volgende zondag. De mannen waren eruit, de scheuring was erdoor. Die zondag zouden er aparte diensten voor beide partijen gehouden worden.'
En zo gebeurde. Er werd in wisseldienst gekerkt in hetzelfde kerkgebouw. Die situatie duurde jaren. Dominee Boonstra, hij ging mee met de vrijgemaakten, bleef wonen in de pastorie aan de Valge, tegenover de kerk en naast modehuis Ekster.
Reina vertelt over 'de schoolstrijd' die daarna ontstond:
'De vrijgemaakten wilden een eigen school voor hun kinderen en dat leverde spanning, strijd en verdeeldheid op. Dominee Boonstra was er tegen. Hij vond het niet nodig om eigen scholen te stichten. Hij heeft toen mensen in zijn kerkelijke gemeente bepraat, hij ging bij ze op bezoek en praatte hen om. ''Dat was heel gemeen van hem'', zegt Reina. 'Uiteindelijk is hij vanwege die schoolstrijd teruggegaan naar de synodalen en heeft wel 100 van de 700 mensen mee gesleept.'
Dat was in 1962. Reina haalt het kerkboekje erbij:
Van 29-012-1934 tot 01-03-1962 heeft F. Boonstra als Dienaar des Woords de gemeente gediend.
Na hem kwamen: B. van Zuijlekom 29-07-1962 tot 11-07-1965; D. Berghuis 29-08-1965 tot 09-03-1969; W. Bruinius 23-05-1971 tot 18-02-1984
In de tijd dat ds Boonstra terugging naar de synodalen, kregen de vrijgemaakten de school waar tot dan toe de synodale en vrijgemaakte kinderen gezamenlijk les kregen. De synodalen behielden de kerk en de pastorie, maar moesten omzien naar een ander schoolgebouw.
De vrijgemaakten hadden vanaf dat moment hun eigen gebouw. Het was een gebouw met 3 lokalen, waardoor er genoeg ruimte was voor een kerkzaal: het grootste lokaal voor de kerkdiensten, de andere 2 lokalen voor de school. Als er 's avonds vergaderd moest worden, werd 1 van de schoollokalen omgebouwd tot kerkeraadskamer of verenigingsruimte. Aan het einde van de avond werd alles weer teruggeplaatst, zodat de kinderen de volgende dag weer les konden krijgen.