Ik zit op het aanrecht. Mijn voeten in de spoelbak. De koude kraan staat aan. Ik boen mijn voeten. Met een afwasborstel. Achter mijn rug druk ik de waterkoker aan.
Het is mijn relaxte start van de dag. Na het boenen laat ik mijn voeten ff chillen in het koude bad. Inmiddels vinden ze dat lekker. Ik pak mijn mobiel erbij en check mails en aps. Giet water in de theepot.
De theedoek om mijn voeten te drogen, ligt op de grond. Vanuit mijn zittende positie buk ik me en probeer de doek te pakken. Dat kost wat inspanning en vergt lenigheid. Als ik niet uitkijk val ik van het aanrecht. Dat gebeurt wel eens. Maar vandaag niet.
Ik droog mijn voeten en vertroetel ze met Gerlachs Gehwohl Extra. Ooit kreeg ik van een langeafstandsloper daarover een tip. Sindsdien elke dag Gerlachs Gehwohl Extra. Als ik oversla voelen mijn voeten na een dag of wat als schuurpapier.
Mijn blote voeten. Elke morgen na het opstaan en wat andere rituelen, loop ik de zandweg op en af. Mijn voeten gaan mee, mijn schoenen laat ik thuis. Op de zandweg ontmoet ik de buurt die honden uitlaat. Mijn buurman van 2 verderop loopt daar met zijn stok. Zijn zwarte hond sjokt achter hem aan. Beide zijn oud en versleten. Omdat de buurman een beetje gebogen loopt leest hij het zand. Zo weet hij of ik al geweest ben. Als we elkaar ontmoeten wisselen we dat soort zaken uit. Hij vertelt wat hij leest in het zand. Ik vertel dat ik mijn voeten uitlaat zoals hij zijn hond uitlaat.
Wouter doet ook aan blotevoetenloperIj. Maar ik zie hem nooit meer, alleen af en toe zijn voetafdrukken. Dan ga ik ernaast staan om te checken. De grote teen van Wouter staat meer naar buiten en zijn voeten zijn groter. Dan weet ik: Wouter was hier.
Soms ontmoet ik een jonge zwarte hond. Een speelse jonge hond. Van zijn baas moet hij leren niet tegen mensen op te springen. Dat doet tie wel heel graag. Maar het mag niet. De meeste mensen worden niet blij van een hond die tegen hen opspringt. Ook niet als het heel erg enthousiast gebeurt. Deze hond oefent vaak op mij. Dan komt tie keihard aangerend over het zandpad. En dan springt hij niet. In het begin sprong hij vaak wel, maar steeds vaker springt hij niet. En dan zegt de baas: 'braaf' en: 'goed zo'. Ik vind het een beetje jammer van dat niet-springen, maar als ik mijn lichte spijkerbroek aan heb zeg ik: 'je bent een topper'.
Gister kwam ik een man tegen die zei: 'Overal ligt paardenpoep. Pas op. Loop daar niet doorheen, want dat zit vol bacteriën.'
Eergisteren kwam ik een vrouw tegen die zei: 'Kijk uit voor glas en scherpe stenen, je ziet ze niet maar ze zijn er wel.'
De vorige week werd ik gewaarschuwd voor teken. Die houden van blote voeten en blote benen. Ze kruipen omhoog en graven zich in op plekjes waar je niet zomaar een vreemde toegang verleend. Ze trekken zich daar nix vanaan.
Na die waarschuwingen krijg ik soms de indruk dat blote voeten in de tegenwoordige tijd net zo fout zijn als blote lijven in de verleden tijd. Bloot kwam er bij ons thuis niet in.
Maar door al die blootloperij zien mijn voeten er niet uit. Volgens Mariecke kan ik nu niet met blote voeten 'op date'. Dan ga ik nix aan de haak slaan. Want iedereen haakt af bij het zien van nagels met zwarte randen, een grote teen waarvan de helft van de nagel mist.
'Misschien als ik ze lak?' vraag ik hoopvol. 'als ik zwarte lak gebruik vallen de zwarte randen ook niet op.'
'Tja.. je kan het proberen, maar til je voeten niet op, je voetzolen zijn ook zwart, dan haken ze alsnog af. Misschien een leuk hakje..?
'Wie weet vallen ze op mijn karakter, die springt er echt uit

'