Blog
Toen was geluk nog heel gewoon
Door datingsite- en communitylid
Willem-Anne
21-12-2016 13:00 | bekeken:
840 | funked:
0 | reacties:
3
Ik leen de titel van Someone73, een blog die hij de 12e december plaatste onder de titel: "Toen was geluk heel gewoon". Een week daarvoor kocht ik een leuk boekje onder de titel: Wat de pot schaft; eten, drinken en snoepen van toen.
De inhoud van dat kleurrijke boekje dekt precies de lading van de snedige column die broeder Someone met ons deelde. Een boekje boordevol advertenties uit de tijdschriften van zestig jaar geleden. Enkele hoofdstukjes:
Cha, cha, cha wat zullen we eten?
Hoe hoort het eigenlijk?
Koffietijd, gezelligheid
Wecken
Soep met ballen
Snert en draadjesvlees
Wat eten we vandaag?
Pepermunt
Lekker vies.
Net als de (heerlijke?) gerechten van vroeger, kun je van Someone73 ook wel zeggen dat hij hier onder ons een toegewijde smaakmaker is in de columns die hij schrijft.
Met de herinnering aan wijlen mijn vader, journalist van beroep, een man die ongeveer dertig à veertig uren per week achter z'n schrijfmachine krantenartikelen tikte, is één van m'n liefste hobbies columns op deze site te plaatsen. Voor een belangrijk deel heb ik vaders genen geërfd, alles in woorden te gieten waar dit wonderlijke leven ons mee confronteert.
Van Someone73 is het duidelijk dat deze site hem een verwerking biedt in het schrijven van columns uit de verschrikkelijke Screbrenica tijd van een paar decennia geleden. Het is waar: Schrijven heelt.
Lange tijd heb ik geworsteld met een soort haat-liefde verhouding jegens mijn geliefde vader. Ik koester tientallen geweldige herinneringen aan die prachtige tijd van zestig tot zeventig jaar geleden. Pappa was een allround vakman. Alles wat hij aanpakte veranderde in goud. In het laatst van z'n carrière was hij geliefd bij duizenden mensen. Wat toen nog niet tot mijn bewustzijn doordrong was: Had liever wat meer tijd met mij doorgebracht.
In de ongeveer acht jaren dat ik hier op ff rondzwem heb ik om en nabij een duizend columns geschreven en heel veel van deze blogs dienden een doel om dingen uit het verleden een plaats te geven. Ik probeer er voor te waken oubollig over te komen.
Na de laatste verschrikkingen in Berlijn, realiseer ik hoe vreedzaam dat dorpje in Noord Oost Overijssel was. Als knulletjes van tien kende ik bijna alle mensen bij naam. Op zaterdag werd door een soort rolgordijn de etalage van onze kantoorboekhandel aan het zicht onttrokken omdat de zondag naderde. Voor ons huis liep een kanaal. Eens waagde ik het op zondag in het kanaal te gaan zwemmen en pappa joeg me op een vriendelijke, maar resolute manier uit het water en legde me uit dat ik geen aanstoot mocht zijn voor onze gereformeerde overburen. Wanneer we als jongens uit gingen, was één van z'n vaste uitspraken: "Goed oppassen, hoor !!"
M'n moeder was een schat van een vrouw. Eigenlijk te goed voor deze wereld. Ze leed onder de geweldige werklust van m'n gedreven vader, die
werkweken maakte van wel zeventig uren of meer. De emancipatiegolf van nu was toen nog niet doorgedrongen tot ons vredige dorpje van toen.
Hij had het misschien wel gebillijkt wanneer ze wat meer in verzet was gekomen.
In die goede oude tijd toen geluk nog heel gewoon was trouwden de jonge mensen rond hun twintigste, voor zover ze een huisje konden bemachtigen. Want in die naoorlogse tijd was de woningschaarste groot.
Uit gemiddelden van nu trouwen de mensen pas op hun veertigste. Ik denk niet dat dat een vooruitgang is. Hoe later je trouwt, hoe moeilijker het wordt om je aan elkaar aan te passen.
In ons dorpje van toen ging negentig procent van ons dorp allemaal naar de kerk. Ons dorp telde drie kerken, een grote hervormde en dito gereformeerde kerk en een kleine christelijk gereformeerde kerk. Drie scholen, een hervormde- en een gereformeerde school en een openbare school.
Zo klein als ons dorpje ook was; je leefde in standen. Je had de Groninger hereboeren (rijke boerenbevolking) en de arbeiders. De aanspreektitels van dames waren vrouw, juffrouw en mevrouw.
Ik denk oprecht dat de tijd van toen een gelukkiger tijd was als nu.
Eerlijk gezegd, mijn vrouw kookt tien keer zo lekker als m'n moeder. Dat wist ik toen natuurlijk nog niet. Maar omdat het toen een heel duidelijke tijd was, heerste er een veel grotere tevredenheid. Alle hens aan dek; na de oorlog moest er een nieuwe maatschappij worden opgebouwd. Voor flauwekul was geen tijd. En, de mensen stonden nog meer open voor alles wat met geloof en godsdienst te maken had.
Tsja, soms verlang ik nog wel eens naar die vredige tijd van heel vroeger.