Blog
Ik ben het, Miep!
Door datingsite- en communitylid
Blauwtje
26-06-2010 00:13 | bekeken:
1268 | funked:
0 | reacties:
2
Het was in het jaar 1993, toen mijn relatie met Pim* wat intenser werd. Zeg maar, wilder en gepassioneerder. We deden meer samen. Zoals ik altijd graag had gewild.
De enige die er wat van wist dat we onze gevoelens naar elkaar meer de vrije loop lieten was Miep. Miep, die ik had leren kennen op de typcursus. Zij moest daarheen van haar werkgever. Omdat ze haar rapportjes dan sneller af kreeg, die bleven nu te lang liggen. Ik gewoon omdat ik het voor mijn lol deed, dat gaf weer afleiding. En zo ratelden Miep en ik niet alleen op onze toetsenborden maar onderling. Dan leer je elkaar wel kennen. Op typcursus.
Toen de winter ten einde kwam speelden diverse ludieke taferelen zich binnenshuis af, de buren van Pim waren getuigen. Hij woonde namelijk in een gehorige woning. Op een dag besloten we na een potje "wie het langst kan zwijgen" een ander spelletje te spelen: wie gooit de grootste meubelstukken tegen de muur. Hij won, hij is tenslotte een man en hij zat ook op kickboksen. Dan ben je ook wat opgefokter. Maar dat is mijn mening.
Eigenlijk had ik ervan moeten profiteren, het was mijn huis niet, en hij had eens mijn lievelingsmok kapot gegooid tegen mijn muur, compleet mét koffie erin. Ondanks mijn beige tinten in huis viel het enorm op. Het grote gapende gat in het ijle gips plus de wervelende spetters detoneerden met de grote saaie vlakken. Dus tja, waarom ik het er niet eens van nam om me eens flink uit te leven op zijn muur vraag ik me tot de dag van vandaag af. Want ik mis mijn mok met koeienvlekken nog steeds.
We waren dus verwikkeld in een meubelgooispel. Het ging er best lawaaierig aan toe. Zo woest waren we bezig dat we de deurbel niet hoorden eerst. Maar toen stak ik mijn vinger op. "Luister!" zei ik. "Ik luister niet meer naar jou!" riep hij en ik ontweek ternauwernood een stoelpoot. De deurbel ging nog een keer. En toen zagen we even later de uniformen voor het raam. "Ik ben het, Miep!"
We fatsoeneerden gauw onze haren, checkten bij elkaar of de verwilderde blik niet te obvious was en gooiden het tafelkleed weer terug over de restanten van de tafel. "Balen, de politie, dat terwijl we net lekker bezig waren." "Ja, Youssouf heeft vast de politie gebeld." We hadden namelijk nette buren die wel vaker geklaagd hadden over onze gezellige schreeuwpartijen. Of het rustiger kon. Maja, we haalden veel lol uit onze schreeuwconcerten, die pasten wel bij de heavy metal waarmee Pim probeerde zijn boxen op te blazen.
En toen ineens bedacht ik me dat ze niet bij de politie zat, maar bij de stadswacht. Pim deed de deur open. Miep viel met de deur in huis. "Heee meid! Ik dacht, ik kom even in de pauze kijken bij mijn typmakker! Is dat je vriend?" "Uh," zei ik. Dat had ik beter niet kunnen zeggen. Ze keken diep in elkaars ogen. Ik keek zuur naar haar collega, die keek op zijn horloge. "Kom Miep, tijd voor een koffie."
Een week later liet Pim me weten dat we niet meer zoveel samen konden doen. Om dit verhaal kort te maken: Pim had een nieuwe maat gevonden met wie hij zijn woeste passies kon delen. Namelijk Miep. Ze had wel meer kwaliteiten dan typen, ze kon ook heel ruig doen en ze was stukken sterker dan ik. Dat was ook de laatste keer dat ik Pim heel heb gezien. Later zag ik hem nog in het gips. Ik heb nog voorzichtig voor hem een koffievlek erop gemaakt, maar dat was natuurlijk niet ruig genoeg.
Ik zelf ben na Pim mijn wilde haren kwijt geraakt. De passie is ook veel minder. Toch kan ik het niet helpen, ik hou van ruige passievolle mannen. Even lekker wild doen op zijn tijd. Maar de mannen van tegenwoordig vinden een ritje in de Goliath al ruig zat. En dus heb ik tegenwoordig al mijn serviesgoed nog, mijn muren zijn allemaal onbevlekt en mijn meubels staan rechtop, terwijl mijn CD-speler melancholische liedjes speelt.
Tja, wie brengt de passie terug in mijn leven?
* ja, zo heet hij echt niet hoor, maar we noemden hem Pim.