De herfst is een impopulair seizoen. Waarschijnlijk omdat het wordt geassocieerd met woorden als: nat, koud, guur, en vierkante wielen. Het kan ook zijn dat de herfst zo impopulair is, omdat zij elk jaar, zonder overleg, de populaire zomer op vakantie stuurt naar de andere kant van de wereld. Persoonlijk vind ik dit een mooi gebaar van de herfst, want iedereen heeft recht op zomer, maar ik ben me ervan bewust dat ik een van de weinigen ben die daar zo over denkt.
Als ik aan de herfst denk, dan denk ik aan donkere ochtenden waarop de weg naar de douche langer duurt dan normaal en dezelfde douche lekkerder aanvoelt als zij over me heen klatert. Ik denk aan avonden die sneller invallen dan verwacht, waardoor de schemerlampjes eerder aankunnen en er gevoelsmatig meer tijd is om op de bank tegen een leuke vrouw aan te zitten met een warm drankje.
Ik ben ook productiever in de herfst. Mijn hersenen draaien dan op de juiste temperatuur. Daarbij werk ik het best bij schemer. Vraag me niet waarom. Ik ben ook creatiever; de gekste ideeën en fantasieën borrelen op als ik door mijn ramen de grauwe straten in tuur. (Het is, denk ik, ook niet voor niets dat fantasiefilms als Harry Potter allemaal in herfstig weer plaatsvinden.)
Als ik aan de herfst denk, dan denk ik aan barre fietstochten naar werk of school, en weer terug. De wind blaast zo hard dat je nauwelijks vooruit komt en de koude regen striemt in je gezicht. Zwaar klote natuurlijk, maar je kunt wel lekker even schelden op van alles en nog wat, zonder dat iemand het hoort. En als je uitgeraasd thuis komt en de elementen hebt getrotseerd, dan kun je de hele wereld aan.
Wat zegt mijn voorliefde voor de herfst eigenlijk over mij? Ben ik een neerslachtig persoon? Ben ik een romanticus? Ben ik melancholisch? Ben ik een optimist? Een ding weet ik wel: de andere seizoenen kun je pas waarderen als je de herfst echt hebt meegemaakt. Mijn herfst begint in ieder geval lekker, want ik zit alleen op de bank de komende maanden. Proost.
Als ik aan de herfst denk, dan denk ik aan donkere ochtenden waarop de weg naar de douche langer duurt dan normaal en dezelfde douche lekkerder aanvoelt als zij over me heen klatert. Ik denk aan avonden die sneller invallen dan verwacht, waardoor de schemerlampjes eerder aankunnen en er gevoelsmatig meer tijd is om op de bank tegen een leuke vrouw aan te zitten met een warm drankje.
Ik ben ook productiever in de herfst. Mijn hersenen draaien dan op de juiste temperatuur. Daarbij werk ik het best bij schemer. Vraag me niet waarom. Ik ben ook creatiever; de gekste ideeën en fantasieën borrelen op als ik door mijn ramen de grauwe straten in tuur. (Het is, denk ik, ook niet voor niets dat fantasiefilms als Harry Potter allemaal in herfstig weer plaatsvinden.)
Als ik aan de herfst denk, dan denk ik aan barre fietstochten naar werk of school, en weer terug. De wind blaast zo hard dat je nauwelijks vooruit komt en de koude regen striemt in je gezicht. Zwaar klote natuurlijk, maar je kunt wel lekker even schelden op van alles en nog wat, zonder dat iemand het hoort. En als je uitgeraasd thuis komt en de elementen hebt getrotseerd, dan kun je de hele wereld aan.
Wat zegt mijn voorliefde voor de herfst eigenlijk over mij? Ben ik een neerslachtig persoon? Ben ik een romanticus? Ben ik melancholisch? Ben ik een optimist? Een ding weet ik wel: de andere seizoenen kun je pas waarderen als je de herfst echt hebt meegemaakt. Mijn herfst begint in ieder geval lekker, want ik zit alleen op de bank de komende maanden. Proost.
Log in om te reageren.