Samen lopen we door de stad. Iets wat we afgelopen tijd regelmatig hebben gedaan. En wat altijd best leuk was. Maar echt gezellig is het niet deze keer. We zijn net wat wezen drinken. Eigenlijk wilde ik toen al zeggen wat ik wilde zeggen. Maar dat deed ik niet. Dus dat moet ik nu nog doen. En dat geeft een voelbare spanning.
Ergens ver weg van huis zag ik opeens heel duidelijk: deze man maakt me niet gelukkig. Mijn gevoel had dit al eerder gezegd, maar op de een of andere manier was het lastig daarnaar te luisteren. Vond het moeilijk om los te laten. Ik verwijt het mezelf niet. Ben alleen blij dat het inzicht na drie maanden is gekomen. Niet na drie jaar.
Bijna had ik helemaal niet meer willen afspreken. Maar gezien het frequente contact dat we hebben gehad, vond ik telefonisch toch geen optie. Nu rest me nog één ding: het vertellen. En dat vind ik lastiger dan ik dacht. Steeds als ik wil beginnen, is er weer iets wat me tegenhoudt.
Het is geen twijfel. Ik ben zeker van mijn zaak. Het is ook niet dat ik bang ben hem erg te kwetsen. Hij wilde zich immers niet binden aan mij. Meer dat ik tot nu toe geen signaal heb afgegeven dat er iets is veranderd bij mij. Hij had het al over een volgende keer. Het voelt alsof ik een dubbele agenda heb.
En daar staan we dan. Bij mijn auto. Dit is het moment. Ik zeg dat mijn gevoel is veranderd. Dat het voor mij niet werkt om af te blijven spreken zonder dat het ergens toe leidt. Bijna nog wil ik verwijten maken. Maar ik weet dat dat niet eerlijk is. Of zinvol. Hij luistert naar wat ik te zeggen heb en vraagt of we wel vrienden kunnen blijven. Ik zeg dat ik daar geen behoefte aan heb.
De knuffel waarmee we normaal gesproken afscheid namen, heeft plaatsgemaakt voor drie zoenen. Hij wenst me nog een goede reis. Dat was het dan.
Ergens ver weg van huis zag ik opeens heel duidelijk: deze man maakt me niet gelukkig. Mijn gevoel had dit al eerder gezegd, maar op de een of andere manier was het lastig daarnaar te luisteren. Vond het moeilijk om los te laten. Ik verwijt het mezelf niet. Ben alleen blij dat het inzicht na drie maanden is gekomen. Niet na drie jaar.
Bijna had ik helemaal niet meer willen afspreken. Maar gezien het frequente contact dat we hebben gehad, vond ik telefonisch toch geen optie. Nu rest me nog één ding: het vertellen. En dat vind ik lastiger dan ik dacht. Steeds als ik wil beginnen, is er weer iets wat me tegenhoudt.
Het is geen twijfel. Ik ben zeker van mijn zaak. Het is ook niet dat ik bang ben hem erg te kwetsen. Hij wilde zich immers niet binden aan mij. Meer dat ik tot nu toe geen signaal heb afgegeven dat er iets is veranderd bij mij. Hij had het al over een volgende keer. Het voelt alsof ik een dubbele agenda heb.
En daar staan we dan. Bij mijn auto. Dit is het moment. Ik zeg dat mijn gevoel is veranderd. Dat het voor mij niet werkt om af te blijven spreken zonder dat het ergens toe leidt. Bijna nog wil ik verwijten maken. Maar ik weet dat dat niet eerlijk is. Of zinvol. Hij luistert naar wat ik te zeggen heb en vraagt of we wel vrienden kunnen blijven. Ik zeg dat ik daar geen behoefte aan heb.
De knuffel waarmee we normaal gesproken afscheid namen, heeft plaatsgemaakt voor drie zoenen. Hij wenst me nog een goede reis. Dat was het dan.
Log in om te reageren.