“Weet je, jouw geloof lijkt me gewoon niet leuk”, zegt K., tijdens onze picknick op de laatste zonnige dag van de zomer, voordat de regen begon. “Al die regeltjes, je mag niks…zoals die ene rare poster met die twee wegen, die dikke en die dunne weg. Nou, volgens dat ding is alles zonde.”
“Ja, hallo!”, protesteer ik. “Eén, in die bijbeltekst over die twee wegen gaat ’t niet eens over zonde. Twee, het niet-gristeluke wereldje heeft net zo goed regels! Dat wereldje heeft net zo goed een dikke en een dunne, ehm, ik bedoel een brede en een smalle weg. Ga maar na…”
“Okee,” begin ik, “drie van mijn kringzusjes willen niet naar de nieuwe Harry Potter film, omdat daar magie in voorkomt. Dus ga ik wel met S. naar de bios, want zij is de grootste HP-fan in ons kikkerlandje, zodat ik samen met haar op de juiste momenten kan gillen en awwwww-en. Maar als ik haar vertel dat sommige van mijn kringzusjes anti-Harry zijn, dan zegt zij ‘Serieus? Vinden ze dat echt? En True Blood dan? ‘Ik: ‘Ehm, mijn hele studentenvereniging is volgens mij tegen True Blood omdat het zo expliciet is.’‘Woah, wat achterlijk en ouderwets, zo mis je helemaal wat er in de wereld gebeurt’ zegt S. ‘Je moet toch gewoon tegen True Blood kunnen!’
“Bovendien”, ga ik verder, “m’n kringzusjes hebben, net zoals ik, nog nooit een relatie gehad met alle toeters en bellen. Nou en? Maar laat dat niet horen aan mijn studiegenoten bij psychologie. Die zeggen dan ‘Echt?? Dat meen je niet. Hoe onvolwassen ben je dan? Er is toch iets goed mis als je na je 20e nog geen echte relatie hebt gehad! En als je niet experimenteert, hoe moet je dan ooit weten of je compatible bent in bed?‘ 'k Heb trouwens nooit gemerkt dat hun relaties nou zo happy waren door die houding.”
“En ga zo maar door,” vertel ik dan. “Niet teveel drinken, of helemaal niet drinken is raar volgens vrienden, die ik soms uit een kater-dip moet vissen. Net zoals met drugs. Een goede vriend van mij krijgt een geheugen als een superlekke zeef, maar vindt ’t toch raar dat ik absoluut anti-drugs ben. Dat zijn net zo goed regels, net zo goed geboden. En ’t niet-gristeluke wereldje vindt dat je persé wel aan drugs, drank en vrije seks moet doen. Dus.”
“Okee,” zegt K., “da’s misschien wel waar, dat ’t on-gristeluke wereldje net zo goed een dikke en een dunne weg heeft, net zoals ’t gristeluke, maar op welke weg wandel jij dan?”
“Ik wandel niet”, zeg ik. “Ik vlieg.”
“Ja, hallo!”, protesteer ik. “Eén, in die bijbeltekst over die twee wegen gaat ’t niet eens over zonde. Twee, het niet-gristeluke wereldje heeft net zo goed regels! Dat wereldje heeft net zo goed een dikke en een dunne, ehm, ik bedoel een brede en een smalle weg. Ga maar na…”
“Okee,” begin ik, “drie van mijn kringzusjes willen niet naar de nieuwe Harry Potter film, omdat daar magie in voorkomt. Dus ga ik wel met S. naar de bios, want zij is de grootste HP-fan in ons kikkerlandje, zodat ik samen met haar op de juiste momenten kan gillen en awwwww-en. Maar als ik haar vertel dat sommige van mijn kringzusjes anti-Harry zijn, dan zegt zij ‘Serieus? Vinden ze dat echt? En True Blood dan? ‘Ik: ‘Ehm, mijn hele studentenvereniging is volgens mij tegen True Blood omdat het zo expliciet is.’‘Woah, wat achterlijk en ouderwets, zo mis je helemaal wat er in de wereld gebeurt’ zegt S. ‘Je moet toch gewoon tegen True Blood kunnen!’
“Bovendien”, ga ik verder, “m’n kringzusjes hebben, net zoals ik, nog nooit een relatie gehad met alle toeters en bellen. Nou en? Maar laat dat niet horen aan mijn studiegenoten bij psychologie. Die zeggen dan ‘Echt?? Dat meen je niet. Hoe onvolwassen ben je dan? Er is toch iets goed mis als je na je 20e nog geen echte relatie hebt gehad! En als je niet experimenteert, hoe moet je dan ooit weten of je compatible bent in bed?‘ 'k Heb trouwens nooit gemerkt dat hun relaties nou zo happy waren door die houding.”
“En ga zo maar door,” vertel ik dan. “Niet teveel drinken, of helemaal niet drinken is raar volgens vrienden, die ik soms uit een kater-dip moet vissen. Net zoals met drugs. Een goede vriend van mij krijgt een geheugen als een superlekke zeef, maar vindt ’t toch raar dat ik absoluut anti-drugs ben. Dat zijn net zo goed regels, net zo goed geboden. En ’t niet-gristeluke wereldje vindt dat je persé wel aan drugs, drank en vrije seks moet doen. Dus.”
“Okee,” zegt K., “da’s misschien wel waar, dat ’t on-gristeluke wereldje net zo goed een dikke en een dunne weg heeft, net zoals ’t gristeluke, maar op welke weg wandel jij dan?”
“Ik wandel niet”, zeg ik. “Ik vlieg.”
Log in om te reageren.