Blog
Jouw huwelijkskansen en een dik achterste.....
Door datingsite- en communitylid
Willem-Anne
17-12-2019 14:22 | bekeken:
528 | funked:
4 | reacties:
1
Ik zou bij de aanhef ook kunnen plaatsen: Hoe kijken mannen naar vrouwen?
Het is voor mij een zeer algemene veronderstelling, wellicht gebaseerd op een vooroordeel, dat mannen in de eerste plaats kijken naar het uiterlijk van hun geliefde in spe. Mijn vrouw en ik waren, na ons bezoek aan het Openluchtmuseum, aan het winkelen in verband met de komende feestdagen. In een winkel observeerde ik enkele seconden een medewerkster met een vriendelijk uiterlijk met een flink geproportioneerd achterste. De gedachte drong zich aan mij op: "Hoe liggen jouw kansen om in jouw leven een aardige gozer aan de haak te slaan?"
Toen ik - heel vroeger - actief deel naam aan het bezoeken van 'de knapen-vereniging' en later 'de jongelingsvereniging' binnen de gereformeerd synodale kerk, dacht ik menig keer: "Waarom houden jullie de onderwerpen niet wat meer praktisch?"
Als opgroeiende jongeman, die groot werd in een dorp waar het hele sociale leven al in kaart was gebracht, heb ik nooit onderricht gehad over begrippen als 'testosteron' en 'hoe versier je nou een meisje?' en al dat soort zaken.
Ik moet eerlijk opbiechten en niet zonder schaamte, dat ik menig hart van een jonge meid gebroken heb omdat ik te vaak geobsedeerd was van iemands uiterlijk. Vanaf mijn vijftiende levensjaar ontdekte ik m'n bijbeltje als een soort van uitgangspunt om mijn - nog instabiele - leven in te richten. Vooral een tekst uit de brief aan de Hebreeën: "Het huwelijk zij in ere bij allen en het bed onbezoedeld....." behoedde me er voor om maar niet raak te leven.
Een kleine zestig jaar geleden deed ik mee aan een gemaskerd bal op een soort van een christelijke jongeren-soos. Ik danste met een aardige meid. Echter, toen ze haar maskerade af deed, dacht ik meteen: "Dat is het niet". Daarentegen vond ik haar zus wel knap. Deze vond mij ook wel een aardige jongeman. Anderzijds vond ik haar opleidingsniveau aan de magere kant en schoof haar terzijde. Tsja, terugziende, ik was een hartenbreker. Hoe zit dat mannenbrein toch in elkaar?
Mannen denken hetzelfde van vrouwen: "Hoe zit dat vrouwenbrein toch in elkaar?"
Ik voelde me vaak als een jager met een vlinder-netje. Wow, wat een fantastische vlinder komt daar voor mij langs en.... raakte gebiologeerd. God gaf mij de genade om tijdens m'n zesentwintigste levensjaar een huwelijkspartner toe te vertrouwen die me aan kon. Ik had het zelf niet beter kunnen bedenken. Soms kijk ik met zorg naar m'n groeiende schare van kleinkinderen en dan ben ik dankbaar dat ik niet meer in deze tijd ben opgegroeid. Dit waren zo enkele bespiegelingen waar ik aan dacht na ons bezoekje aan het Openluchtmuseum en het samen winkelen in Arnhem.