Blog
Opknopen
Door datingsite- en communitylid
WijntjeDoen
02-11-2012 22:36 | bekeken:
1012 | funked:
1 | reacties:
1
‘We gaan iets leuks met knopen doen! We gaan een knopenslinger maken. Iets met knopen, ik heb echt heel veel knopen in huis. Dat vind ik wel cool.’ ‘Ga door…’, zeg ik; ‘Nee serieus, we kunnen een kerstversiering maken ofzo. Niet persé met knopen, weirdo.’ ‘Hoezo ben ik een weirdo?’, vraag ik. ‘Because you are…’, constateert zij, zonder een legitiem danwel onderbouwd fundament te geven, hoewel ik me realiseer dat een onderbouwd fundament een pleonasme is. Maar dat verwoord ik anders: ‘Ik vind het niet leuk, als je me in een hokje duwt.’ Veel politiek correcter. ‘Ik wil een sigaret.’, zegt ze. ‘We maken gewoon een schort met knoopjes erop! Die naaien we erop.’
Het is vrijdagavond, onze week zit erop en we willen creatief te zijn! Omdat we niet willen verzanden in de sleur die zoveel relaties uiteindelijk richting een langzaam maar onvermijdelijk smeulend restje grijs duwt. We proberen die roze wolk vast te houden, maar haar chocola ligt te ver weg. En ik ben gewoon een man die roze nooit zal begrijpen.
‘Hou je nog van me?’, vraag ik. Ik lijk wel het dubbele x-chromosoom in deze relatie. Dus er is iets mis. Heel erg mis. ‘Nee...’, antwoord ze. Vertwijfeld vraag ik niet verder. Ze ligt op de bank. Te broeden op haar creatieve impulsen. Zeer verleidelijk ligt ze te broeden, dat wel. Maar dat zeg ik niet, want ze houd toch niet van me. ‘Knopen dus?’, vraag ik. ‘Knopen dus.’, bevestigt ze.
Ze ligt nog steeds op de bank. Veel verder dan woorden is ze niet gekomen. Ik niet veel verder dan het schrijven ervan. Maar er is iets dat ons samenbind. ‘Trouwens, die lamp daar en die lamp daar, daarvan wil ik het papier vervangen door een leuke stof…’ ‘Wat voor een kleur?’, vraag ik. ‘Laten we kijken wat voor stofjes we hebben.’
Als ze tegen mij aanligt, is er de hele tijd een sterk besef van samenzijn. Van samenhoren. We hebben een overeenkomst, zij en ik. Zij is mijn spiegel, mijn omhelzing, mijn positivisme. Elke schrijver heeft dat nodig, zodat we niet in een maalstroom van woorden, wijn en waan omkomen. Ik ben haar ergernis, vertraging en bediening. Elke luisteraar heeft dat nodig. Zodat ze niet in een wolk van relativisme, reactionisme en raaskal verdwijnen. Toch vreemd dat de vrouw die ik als zo positief ervaar weinig positiefs over de man waarvan zij houd te zeggen heeft. ‘Heb je nog een positief woord voor me over?’ Ze denkt diep na, kijkt me taxerend aan en zegt: ‘Mensenverbeteraar.’
‘Meen je dat?’ Ze bevestigt haar woorden met een instemmend keelgeluid. ‘Ik houd wél van jou.’, zeg ik. Een flauwe glimlach overwint op haar gezicht, tegen elke onderdrukking in. Maar vanavond, vanavond is ze niet tevreden. Ze wil creatief bezig. Ze wil iets doen. Ik realiseer me iets. Aan de gang! Ik heb een vrouw met nesteldrang. Dus vanavond, op vrijdagavond ga ik iets met knopen doen. Ik bén een weirdo. En ik mag níet vloeken. In het appartement boven ons is er karaoke aan de gang. Meatloaf zingt onder invloed van vrijdagavond. ‘I would do anything for love, but I wont do that…’