Blog
Het leven zonder en met God, fictie en realiteit
Door datingsite- en communitylid
Adriano
07-06-2022 06:24 | bekeken:
245 | funked:
4 | reacties:
4
Wat als alles in mijn leven fictie is geweest, als de realiteit die ik tot nu toe ervoer niet de realiteit is die er is. Dat gevoel kreeg ik dinsdagmorgen na een hele heldere droom.
Ik was met een vrouw die ik vroeg of ze met me in een bed wilde komen. Ik vertelde haar dat ik een vriendin had en ze dus geen verkeerde gedachten moest hebben. Het volgende moment in de droom komen zij, een man en mijn leidinggevende een ruimte binnen en snap ik meteen wat er is gebeurd. Ik ben in een of ander bizar rollenspel beland, waarin mijn houding beproefd is voor mijn werk. Er komt nog een ander stel dat ruziet, maar ik doorzie dat dit een soortgelijke manier is om mij uit de tent te lokken. Ik houd me afzijdig. En later in de droom herken ik de speler, dat is iemand die nieuw is en ik een gezellig praatje mee maak. Ik besef dat dit nog steeds onderdeel is van de test. Ik loop op mijn kousen naar een kroeg waar mijn leidinggevende met de toneelspelers zitten te eten. Ik vraag wat de uitslag is van de test. Ik moet wachten zegt hij. Ik druip af, ben bang mijn baan kwijt te raken.
Het gevoel dat ik al mijn bescherming kwijt geraakt ben doordat de eerste test zo echt leek maar geënsceneerd is door mijn werkgever, is heel sterk. De tweede en derde test had ik door, en wist ik hoe te handelen. Het zet mij stil bij waar ik in mijn geloof ben aanbeland. Ik besef me steeds meer dat de werkelijkheid, zonder God, een werkelijkheid is die ik langzaam achter me laat. Ik lees en beleef Gods nabijheid steeds sterker. Dat betekent dat ik ook zijn wijsheid probeer te achterhalen. Zo las ik gisteren, wat ik al langer doe, dankbaar probeer te zijn. Maar tegelijk leer ik dat ik in elke situatie afhankelijk ben van Hem. Dat ik, zoals in de oude werkelijkheid, niet zelf meer het leven hoef te dragen maar dat God dat voor mij doet.
Als ik die naaktheid voel, moet ik denken aan de naaktheid die God mij leert. Ik hoef niet langer zelf aan het roer te staan, maar God doet dat. De testen die Hij me heeft laten ondergaan waren nodig om Hem volledig te vertrouwen. Het leven zoals ik dat tot nu toe leid een test. Om voortaan de rollen te vervullen die ik herken. En waar ik met een zekere afstand naar kan kijken omdat ze me vertrouwd zijn. Maar boven alles speelt mijn vertrouwen in waar ik alle controle moet leren loslaten. Afhankelijk durven zijn. Dat is een nieuwe werkelijkheid waartegen mijn oude ik fictie lijkt.
Maandagavond las ik in mijn dagboek: ‘En houd door de dag heen je ogen open voor de zegeningen en de genoegens die Ik langs je weg heb uitgestrooid.’ Dat is de nieuwe werkelijkheid van God, dat ik steeds vaker God ervaar in de dingen die zich dagelijks aandienen. Dan lijkt al het andere wat ik toch nog toe vooral in de dagelijkse gedachten-brei bedacht een slap aftreksel van wat ik nu als waarheid begin te zien.
En zo wordt iets anders wat ik las ook werkelijkheid: ‘Op dagen dat ik vooral bezig ben met mijzelf en mijn eigen geluk, lopen mijn frustraties vaak het hoogst op. Maar de houding dat alles op mijn manier moet gaan, is gebaseerd op een verkeerde vooronderstelling: dat ik in het middelpunt moet staan. De waarheid is dat U in het Middelpunt staat; alles draait om U. Dus ik moet bescheiden zijn als ik plannen maak. Eerst moet ik Uw aangezicht zoeken en ernaar streven Uw wil te doen in alles wat ik doe.’
Die houding van God in het Middelpunt zetten, waar alles altijd om mij gedraaid heeft, overkomt me steeds vaker. In mijn relatie leer ik hoe niet alles om mij draait. Hoe ik rekening met anderen mag houden. Dat is bij mij geen vanzelfsprekendheid. Egocentrisch als ik ben geworden, draaide de wereld vaak om mijn geluk en behoeften. Daar wil ik verandering in aanbrengen. En dat gaat me lukken. Zo word ik een fijner mens. Niet alleen voor de ander, maar zeker ook voor mezelf.
En zo leer ik stukje bij beetje mijn rollen die ik altijd speelde, in te ruilen voor het kind van God dat ik altijd al onbewust geweest ben. Maar dat nu ook zo aan het geloven ben. En vooral aan het voorleven ben. Wat gun ik jou het licht in je leven van mijn God. Ik bid dat jij die dit leest dit ook zo mag gaan ervaren. Daartoe een laatste stukje uit mijn dagboek: ‘ Een baken van licht door het licht dat U in mij schijnt, zodat ik een baken van licht voor anderen kan zijn. Geen ruimte voor trots. Het is aan mij om Gods luister te weerspiegelen.’