Waar Hij niet woont:
De Allerhoogste echter woont niet in wat men met handen maakt (Hand.7:4

.
Hij woont niet in tempels met handen gemaakt (Hand.17:24).
De tijd waarin mensen hun innerlijke zekerheid ontlenen aan het lidmaatschap
van een bepaald kerkgenootschap is hevig aan het tanen en dat is maar goed ook.
1 Petrus 3:4 schrijft over 'de verborgen mens uws harten'.
Als ons eigen hart de stal is waar Christus werd geboren, dan zijn wij wederom geboren en dan woont Hij in ons hart.
Romeinen acht vertelt ons uitgebreid over de inwonende Geest van Christus in ons hart. Inkeren tot onszelf is niet alleen maar het een of ander mystiek gebeuren; het is ook elke keer weer een zaak van geloof, zoals bijvoorbeeld in Romeinen 9:8 staat:
'Nabij u is het woord, in uw mond en in uw hart, namelijk het woord des geloofs,
dat wij prediken...'
Onze geest, die dood was in zonden en misdaden, is door de Geest van God tot leven gewekt, en op grond van die reden is het mogelijk gemaakt, dat ons eigen hart tot een woning is geworden, waar God met Zijn Geest woont.
Als Hij in jouw eigen hart woont, heb je tegelijk een overweldigend besef dat Hij de Heilige is die het ganse universum met Zijn Wezen vervult. Dat is een totaal andere basis dan de new-agers die denken dat zijzelf een god zijn in het diepst van hun
gedachten.
Wanneer de Allerhoogste écht in ons hart woont, dan hebben wij ook bij voortduur een krachtige inzet om de HEERE waardig te wandelen. De moeilijkheid in het leven van een kind van God is dat je bij voortduur als het ware te maken hebt met een soort innerlijke tweespalt. Hoe oud je ook wordt, de neiging om te zondigen is als een voortdurende schaduw om je heen. Als je dat ontkent, ben je als een struisvogel die z'n kop in het zand steekt.
Echter, de inwonende Christus in ons hart, helpt ons om bij voortduur te leven overeenkomstig naar Zijn wil. De heiligheid van God is inherent aan de schoonheid van Jezus Christus en wanneer een kind van God zondigt, dan doen we Hem intens verdriet. Steeds meer en meer zullen we ons realiseren dat Hij nummero één
is in ons leven en dat wij met de totale inzet van ons hart de smalle weg willen bewandelen.