Blog
Incest slachtoffer
Door datingsite- en communitylid
Willem-Anne
02-11-2009 08:45 | bekeken:
958 | funked:
0 | reacties:
2
De hemel huilde bij het waarnemen
van zoveel ontaarde hartstocht.
Je onderging jouw lot gelaten;
je kon toch niet tegen hem op.
Jarenlang sleepten deze afschuwelijke reeks
van gebeurtenissen zich voort.
Van een leuke vrolijke meid die je vroeger eens was
veranderde je in een jonge vrouw
met een onecht gevoelsleven.
Een deel van jouw persoonlijkheid splitste zich af
zodat je in staat zou zijn deze gruwelijke jaren
te overleven.
Er kwam een moment dat jouw vader door de mand viel.
Maatschappelijk werk en allerlei instanties
bemoeiden zich er mee.
Hoewel jìj het slachtoffer was,
voelde jij - vreemd genoeg - je schuldig.
Steeds meer was jij in een sfeer van ontkenning gaan leven.
Met moeite maakte jij jouw schoolopleiding af.
Hoe kòn hij .....
hoe dùrfde hij .....
Heftige gevoelens van boosheid
had je diep in jouzelf verstopt.
Het leek wel of het zo hoorde.
Je leefde onder de angst van de vervloeking
als hij zich aan jou vergreep
onder zijn zoet gevooisde woorden.
Haat en heftige gevoelens van verwerping
wisselden elkaar af.
En dan die gruwelijke angst;
het ontbreken van alle gevoel van veiligheid.
Kon jij het dan helpen dat het huwelijk van jouw ouders
alleen maar schijn was?
Het geloof heb je nooit helemaal opgegeven.
Je was intelligent genoeg
om de schijnheiligheid van jouw vader te doorzien.
Het ging steeds moeilijker worden
om je met een hemelse Vader
- of hoe Hij dan ook mocht heten -
te identificeren.
Daarna ben je heel lang in therapie geweest.
Eindeloze gesprekken met psychologen.
De band naar jouw moeder toe
is ook nooit helemaal meer goed gekomen.
Nog steeds kamp je met die onbeheersbare gevoelens
over wie je nu eigenlijk bent.
En.... of je er überhaupt eigenlijk wel zijn mag.
In de adolescentie-jaren, die volgden
was je zo af en toe verliefd
maar je miste het vermogen je te kunnen hechten.
Intimiteit kun je niet verdragen.
Leven in ontkenning is een tweede natuur voor je geworden.
Het is al lang geleden dat je woonde
in het 'ouderlijk' huis.
Je bent nu een schuchtere onzekere jonge vrouw.
Je ziet er niet onaantrekkelijk uit.
Tenminste, dat zeggen ze
maar van binnen in je, voel jij je lelijk.
Zelfhaat en destructieve gevoelens van verwerping
strijden nog steeds om de voorrang.
De stille hunkering naar een beetje geluk blijft.
Echter ..... heel geleidelijk aan......
kwam er weer een zeker evenwicht in jouw hart.
Sprankjes hoop braken door in jouw tere ziel.
Net.... of je een beetje aan het ontdooien was.
Je ontworstelde je steeds meer
aan de kettingen van naargeestigheid en onderwerping.
Je leerde ook mensen kennen
die iets van een levend geloof in zich meedroegen.
Eigenlijk was je wel een beetje jaloers op hen
en koesterde je het verlangen
dat je dat ook zou mogen bezitten.
Heel langzamerhand werd weer iets van 'hoop'
in jouw hart geboren
Het was niet alleen maar grauw en mistig.
Je voelde de warmte van een naderende lente
en ...... misschien was 'geloven' nog niet zo slecht.
Weet je nog, dat je soms droomde van de goede herder?
Verhalen, die je vroeger op de zondagsschool
leerde kennen, kwamen weer naar boven.
Eén van jouw vriendinnen lijkt Jezus te kennen
en het is bij haar niet alleen maar de buitenkant.
Eigenlijk zou jij ook wel zo iets moois willen ontvangen.
Als je het maar kon vasthouden.
Je weet dat sommige mensen voor jou bidden.
De tijden dat je iets van vrede in jezelf kunt ervaren
houden langer aan.
Je durft toe te geven
dat je naar iets of naar Iemand verlangt
die de beperkingen van jouw verstoorde gevoelsleven
overstijgt.
Zonder het te weten word je er rijp voor .......
in het verlangen naar die Ene.
Wanneer gaat de zon doorbreken
om de laatste mistslierten,
die jouw ziel in gevangenschap houden, te verdrijven....?
Je wilt het.
De hunkering naar echt waarachtig geluk
wordt steeds sterker.
Je benoemt zijn naam: Jezus van Nazareth.
'Jezus, ...... denk aan mij!'