Afgelopen donderdag met een loopneus en een vriend van me een blauwwit (of
witblauw) vliegtuig ingesprongen naar Spanje. Het plan: vier dagen chillen in
Barcelona. Na de nogal heftige landing verliet ik doof de vliegmachine om
uiteindelijk 's avonds op een terrasje te belanden, alwaar ik een poging deed
om naar live-muziek te luisteren.
De volgende dag heb ik mijn huisgenoot wat Gaudi spul laten zien. Alhoewel
laten zien... Ik zat op een bankje in de zon terwijl hij de bekende kathedraal
beklom. En ik lag te pitten op een bankje in park Guelle terwijl hij...uh..lag te
pitten op een bankje in park Guelle. Des avonds was het dan zo ver: dwaas
swingen in de Spaanse clubs met een biertje van 5 euro in de ene hand en een
denkbeeldig dirigeerstokje in de ander. Ik geloof dat we ergens tussen vier en
vijf onder de wol kropen, in verschillende bedden welteverstaan.
Zaterdag wederom uitgebreid ontbeten - het genot van een vier sterren
hotel - gevolgd door een middagje shoppen en , jawel, wederom een avondje
clubben. Deze keer was het de beurt aan de New York club waar oude soul en
funk met veel geweld de oortjes in kwamen stormen. De dj was matig, maar het
stempeltje dat het woord funk op mijn arm in donker zwart achterliet, maakte
een hoop goed

Zondag de kerk op Tibidalo bezocht en des middags een poging ondernomen
om op een strandstoel de wallen weg te werken. Je raadt het al, ik zat maandag
brak op werk.